Vlak voor de keuken in de gang was de wc, we spraken toen nooit over een toilet. De wc was klein, er zat een hoge stortbak waar aan de voorkant een pijpje uitstak waaruit soms koude druppels op je rug lekten. Deze stortbak zat hoog tegen de achterwand waarnaast een donker gat zat wat voor de ventilatie gediend zal hebben. Tussen de wc en de keuken zat ook in de hoogte een raampje zonder glas met waarschijnlijk hetzelfde doel; ventilatie rechtstreeks de keuken in, lekker fris.
Als je geluk had was er wc-papier. Er was maar een soort; grijs/grauw papier. Maar vaak was het wc-papier op en dan lagen er een paar oude kranten op de grond. Je moest die dan in wat kleinere stukjes scheuren en een beetje kreukelen, dat werkte beter.
Op een smal plankje bovenin stond een witte emaillen po, vaak met een deksel erop. Als klein kind wist je waar de po voor was, je werd er zindelijk op gemaakt. Toen ik groter werd ontdekte ik waar de pot nog meer voor diende. Op mijn twaalfde werd ik voor het eerst ongesteld. Mijn moeder gaf me toen me een hand en een zoen en zei ze: ‘gefeliciteerd dan ben je nu groot meisje!’ Ze pakte een banddoek voor me en legde me uit hoe ik die moest omknopen. Een banddoek was een rechthoekige lap die uit diverse lagen op elkaar gestikte katoen bestond, meestal gemaakt van oude lakens of versleten overhemden. Aan beide zijden zaten katoenen banden die je voor en achter om je middel vastknoopte. De vuile doeken gingen in de met sodawater gevulde pot op het plankje en werden later gespoeld en uitgekookt. Maandverband bestond toen waarschijnlijk nog niet zo lang of het was te duur.
Groot meisje
Toen ik groter werd ontdekte ik waar de pot nog meer voor diende.
4293 keer bekeken