Mijn ouders hebben mij al snel na onze verhuizing op school gedaan. Het werd de Christiaan de Wetschool in de Christiaan de Wetstraat (tegenwoordig heet de school: De Kaap). De Nederlandse taal heb ik echter vooral op straat geleerd, in de speeltuin. Ik geloof niet dat ik er veel moeite mee had, kinderen leerden dat gauw aan.
De Christiaan de Wetschool was een openbare school. Mijn klas bestond uit voornamelijk Joodse kinderen. Er waren maar twee niet-joodse kinderen; Coba Ebbeling en Willem Ditsel. Niet al te ver bij ons vandaan zat op de Tugelaweg een Christelijke school. Wij als kinderen hadden altijd een conflict met die school. Als er gevochten moest worden met ‘die school’, dan liep Willem (als niet Joods) voorop en riep: "Vuile Christenen, vuile Christenen". Ja, zo ging dat vroeger, heel primitief eigenlijk. Dat is nu niet veel anders!
Mijn meester heette Klaas Reinders, hij is 4 of 5 jaar mijn meester geweest. Hij mocht mij blijkbaar wel. Of dat nu kwam omdat wij er iets anders uitzagen, ik weet het niet. De Transvaalbuurt was toen, begin jaren ’30, een armoedige buurt. Hoewel wij vanwege de slechte economische situatie naar Nederland waren gekomen, hadden wij het naar verhouding goed, zeker de eerste jaren.
Omdat ik goed tekende, mocht ik bij de meester thuis komen. Hij schilderde en gaf instructieboekjes uit. Meester Reinders woonde op de Kramatweg, in de Insulindebuurt. Als leerling bij de meester thuis te mogen komen was heel bijzonder, 't was een andere tijd dan nu, hij was een autoriteit waar tegenop werd gekeken.
Ik heb toen ook kennis gemaakt met zijn vrouw, die ik erg mooi vond. Ongeveer 60 jaar later heb ik hen weer opzocht in Nunen. Toen was hij natuurlijk al gepensioneerd. Via zijn dochter heb ik toen de schoolfoto van mijn klas gekregen.
-------------------------------------------------
Om terug te keren naar de Christiaan de Wetschool in de rubriek 'Mijn schooljeugd', klik op Christiaan de Wetschool