Plaats: Food-Center-Amsterdam. Tijd: 6.30 uur. 's Winters is het nog donker. Daar staat Huseyin Akbiyik voor de poort. Hij komt verse groente en fruit inkopen voor zijn winkel HELAL ET GIDA, Pretoriusstraat 34, Oost. Tachtig procent van zijn winkelartikelen is dagelijks vers. Vlees wordt elke dag aangevoerd. Artikelen met langere houdbaarheidsdatum worden wekelijks ingekocht bij de groothandel. Commercieel belang of verboden producties zijn ondergeschikt aan islam-waarden. Inkopen vormt drie kwart van zijn dagtaak.
Na het inkopen is Huseyin tot 19 uur in zijn winkel. Hij helpt de andere medewerkers met alles. Een praatje maken met een klant, vakken vullen, buiten met de bezem de stoep schoonhouden. Als kleuter deed hij dat al bij de winkel van zijn ouders in Turkije. Hij merkt op: “In Nederland zijn meer groentesoorten dan in Midden Turkije. Schiphol en de Rotterdamse Haven zijn dichtbij. Aanvoer is simpeler.“
Hij ervaart een openheid bij Nederlanders, die hem weldadig overkomt: “Nederlanders hebben belangstelling voor eetgewoonten van andere volken. Dat is leuk.” Het heeft hem gestimuleerd om bij het vijftienjarige bestaan van zijn winkel een kookboek uit te geven. Er zijn 6000 exemplaren over de toonbank gegaan. Wie weet brengt Huseyin bij het twintigjarige bestaan deel 2 uit. Spannend. “Hier in Nederland is de handel simpel. De prijs die men wil geven, wordt direct genoemd. De afgeleverde waar is meestal goed in orde en op tijd.” Hij roemt ook de Nederlandse welwillendheid elkaar opgewekt te groeten: “Het duidt op respect, zoals Allah dat van ons vraagt. Goed samenleven is OK.”
De Koran geeft aan dat een bepaalde aanpassing soms geoorloofd is. “Mijn bedrijfsleider Halil, Göwen, is fel als er iets onrechtmatig gebeurt. Maar als iemand een appeltje meeneemt omdat hij honger heeft, dan kijkt hij even de andere kant op. Elkaar helpen hoort bij ons geloof.”