Mijn zus, Helena (Lenie) Penseel wordt deze maand, september 2024, 92 jaar. Ze woont nu in de Watergraafsmeer. Lees daarvoor ‘Duitsers op de Zeeburgerdijk’. Ik vroeg of ze nog meer kon vertellen over de oorlogstijd. Ze kon zich nog die grote brand herinneren van een gebouw aan het eind van de huizenrij, waar later het Leger des Heils kwam.
“In de oorlog was er een groot gebouw met een rietendak, het was een soort sociale werkplaats. Jongens hadden met carbid gespeeld en het was in de fik gegaan. De brandweer kwam met groot materieel. Er was een ontzettende rookontwikkeling. De wind stond in de richting van de Molukkenstraat, dus het vuur ging ook richting de huizen. Die moesten allemaal nat gehouden worden en ontruimd.
Gek genoeg nam mama alleen mij en de clubkas van Archipel mee naar buiten. Niet dat daar veel in zat. Mijn vader was in die tijd de penningmeester. De buren en ook de aangesnelde Duitsers die op het Zeeburgereiland gelegerd waren, kwamen helpen. We hadden veel waterschade, maar van alle spullen is voor zover we konden nagaan niets gestolen. Behalve een portret van Wilhelmina. Niet dat we koningsgezind waren, helemaal niet.
Maar dat portret zagen we later aan de overkant voor het raam waar NSB’ers woonden, terwijl je zo’n schilderij helemaal niet mocht hebben. Mama is toch gewoon naar die lui toegestapt om het terug te vragen. Door die brand kwamen we dus op de Zeeburgerdijk 141 te wonen.” En daar werd ik in 1946 geboren.