Alle verhalen die ik hoor over de armoede, die herken ik niet. Mijn vader had een goed inkomen bij het Spoorweg BouwBedrijf (SBB) en ik weet nog goed dat wij op zondag zelfs vaak gingen toeren. Huurde mijn vader een rijtuigie met koetsier en ging de hele familie op stap. Naar Hilversum en het Gooi. Dat soort plaatsen. Maar wel eerst op zondagochtend naar de kerk. Met de mooi gepoetste lakschoentjes. Daardoor was het eigenlijk ook wel de rottigste dag van de week. Ik heb het goed gehad, maar dat had ook weer z’n nadelen. Zo was ik de enige in de klas die schoolgeld moest betalen op de school aan de Batjangstraat. Alle andere gezinnen waren daarvan vrijgesteld vanwege de crisis. Ik probeerde dat geld dan ook vaak zo onopvallend mogelijk aan die non te geven. Je schaamde je diep, omdat je de enige was. Wij kregen van mijn ouders een keer drie cent voor in het kerkenzakje, en drie cent om zelf iets mee te doen. Maar ja, toen was mijn twee jaar oudere zus zo slim om alle zes die centen mee naar de kerk te nemen. Een van die nonnen zag dat en die dwong ons om alle zes die centen af te staan aan de kerk. Daar ging ons zakgeld. Anderen hebben geleden onder hun armoede, maar ik heb geleden onder onze rijkdom. Neen, dit is niet serieus, maar toch voelde je je niet helemaal op je gemak.
Lijden onder rijkdom
Wij waren het enige gezin dat schoolgeld moest betalen.
1913 keer bekeken