In het dossier van Abraham is een speciale bijlage “Bijzondere Verstrekkingen”. Deze verstrekkingen worden alleen gedaan op verzoek van de gesteunde, de kostwinner. Het maakt eigenlijk niet uit voor welk gezinslid, de kostwinner is de bepalende factor. Deze bijlage geeft een overzicht van wat er allemaal aan ‘extra’s’ wordt verstrekt. De verstrekkingen gaan altijd ‘op bon’. De gesteunde moest met deze bon naar een bepaalde (aangewezen) winkel of firma. Wat op valt is dat het altijd om vertrekkingen aan Abraham gaat. De eerste verstrekking is die van 28 maart 1938. Abraham verzoekt om een nieuw kostuum. Hij wordt thuis bezocht, er wordt in de kast gekeken, het is duidelijk dat zijn enige kostuum totaal is versleten. In de klerenkast worden geen andere vergelijkbare kledingstukken aangetroffen. Hij mag voor fl. 13,- een kostuum aanschaffen bij de firma Herzberger.
Aanvulling Frits: De firma Herzberger had in Nederland meerdere zogenaamde werkzalen, ateliers en fabrieken in Nederland. In Amsterdam zat een fabriek in de Foeliestraat 14-18. Verder had men aan de Prins Hendrikkade 141 een pand waar kantoren en magazijnen gevestigd waren. Er was een grote gevelsteen met de tekst: Fabrikant van Heeren- en Kinderconfectie. In 1938 had de firma rond de 400 mensen in dienst (vestigingen in Tilburg, Groningen en Amsterdam). Tijdens de bezetting droeg de fabriek de naam 'N.V. Nederlandsche Kleding- en Textielfabrieken De Lama'.
Later dat jaar krijgt hij een paar lage veterschoenen (molières). Precies een jaar later krijgt hij opnieuw een paar schoenen. Het bovendeel van de oude schoenen was totaal versleten, Abraham had last van ‘transpirerende voeten’.
In oktober 1939 vraagt Abraham een nieuwe winterjas aan. De ambtenaar die het verzoek moet beoordelen vindt echter de grijze gevoerde regenjas best nog wel even mee kan. Tenslotte heeft Abraham er ook de vorige winter mee gelopen. Als Abraham twee maanden later opnieuw het verzoek doet, krijgt hij wel een winterjas. De ambtenaar noteert dat Abraham de laatste jaren geen regenjas heeft gedragen. Abraham kon geen winterjas aanvragen omdat die regenjas ‘nog knap was’.
Maar Abraham is niet voor niets lid van een vakbond en hij vraagt en krijgt van hen de steun die hij behoeft. De vakbond, zie afbeelding, schrijft een brief, gedateerd op 17 november 1939, en roep het Crisis – Commissie op om hem alsnog een jas te doen toekomen. De reactie van de commissie is niet in het dossier op te nemen maar ……… .
In december 1939 is deze regenjas in slechte staat en krijgt Abraham een bedrag van fl. 12,- om een winterjas bij de firma Herzberger aan te schaffen. In juli 1940 krijgt Abraham opnieuw een paar schoenen. De schoenen die hij in juli 1939 had gekregen zijn totaal versleten. De laatste verstrekking dateert van 21 januari 1941. Abraham krijgt een nieuwe broek. Het bedrag dat daarvoor was gereserveerd, bleek achteraf te hoog geboekt. Het bedrag van fl. 0,60 wordt teruggevorderd.
NAAR: Spitskopstraat 10 huis – Het gezin van Abraham Halberstad (1)
OF NAAR: Spitskopstraat 10 huis – Het gezin van Abraham Halberstad (12)