Vanaf midden ’39 zijn er behalve de regelmatige ziekmeldingen van Bloeme nu ook ziekmeldingen van Vrouwtje. Ondanks de blijkbaar zwakke gezondheid van Vrouwtje is haar gemiddelde weekinkomen, gebaseerd op stukloon, iets gestegen. Op 2 december 1939 meldt het dossier het verzoek van Vrouwtje, via Abraham, om het bedrag dat zij heeft gekregen uit de boetepot (van de firma Determeyer) mag behouden. Het gaat om een bedrag van fl. 0,78. Het verzoek wordt mede ondersteund middels een kort briefje van mijnheer Determeyer. Vrouwtje mag dit bedrag houden, er zal niet worden gekort op de uitkering.
Opvallend is de opmerking in juni 1939; “Man is nooit in de W.V. geweest”. Dat Abraham niet in de werkverschaffing is geweest is opmerkelijk gezien ‘de normale gang van zaken’. Mogelijk dat de zwakke gezondheid van zijn vrouw, misschien ook die van zijn dochters, een rol heeft gepeeld. Zijn leeftijd, hij is inmiddels zestig, lijkt mij ook een reden om niet (meer) in de werkverschaffing te hoeven. Met uitzondering van de genoemde opmerking wordt er niet meer op teruggekomen.
In april 1940 wordt een nieuw deel toegevoegd aan het dossier. Hoewel het pas april is, zijn de namen van Bloeme en Vrouwtje op het voorblad al doorgehaald. Zij zijn naar Duitsland vetrokken! Het kan best zo zijn dat er hier sprake is van een normale administratieve handeling, pijnlijk blijft het. Het is duidelijk een melding ‘achteraf’. In april 1940 zijn Bloeme en Vrouwtje overigens nog steeds werkzaam als naaisters. Bloeme werkt nu toch al langere tijd bij een en dezelfde werkgever, de NV Holland. Bloeme heeft zelfs een duurtetoeslag van 5% gekregen van haar werkgever. Vrouwtje is trouw aan haar werkgever Determeyer. Haar inkomsten schommelen zo rond de fl.9,-.
Voor het eerst wordt in het dossier ook de zoon van het gezin genoemd. Er wordt gekeken of hij kan ondersteunen. Ruben is getrouwd en heeft drie kinderen. Hij woont in de Govert Flinckstraat 211, maar heeft ook in de Lepelstraat en in de Vrolikstraat gewoond. Er wordt geen inkomen genoemd, ook niet welk beroep hij heeft (op de archiefkaart van Ruben staat dat hij pettensnijder is). Er is geen aanwijzing dat hij financieel iets heeft kunnen of moeten bijdragen. De enige relevante opmerking dateert van 3 december 1942. Die opmerking luidt dat Ruben naar Duitsland is gevoerd. Zijn vrouw geniet steun via Sociale Zaken, afdeling J.
NAAR: Spitskopstraat 10 huis – Het gezin van Abraham Halberstad (1)
OF NAAR: Spitskopstraat 10 huis – Het gezin van Abraham Halberstad (13)