Na de laatste aantekeningen in het dossier Maatschappelijke Steun uit 1937 is het stil voor wat betreft het dossier. Een jaar later vieren Nathan en Duifje hun 25 jarig huwelijksfeest. Een feit dat middels een kleine advertentie wordt vermeld
Op de kaart van Joodse Raad van Nathan wordt nog vermeld dat hij werkzaam was ten bate van de J.R., het maken van broodzakken. Verder wordt vermeld dat er een brief is ontvangen van L. van Emden uit de Retiefstraat. Het gaat om zijn schoonzoon Louis van Emden die getrouwd was met dochter Marie.
In grote rode letters staat dat Nathan afkomstig was uit het RWK (Rijks Werkkamp) ‘De Zomp’. Het gaat om het Joodse Werkkamp in de buurt van Ruurlo: Joods Werkkamp de Zomp.
Rond 2 of 3 oktober 1942 werd het Kamp De Zomp, net als alle andere Joodse Werkkampen, ontruimd. Op 19 oktober 1942 gaat Nathan op transport. Op 28 februari 1943 wordt hij vermoord in Auschwitz. Mogelijk heeft hij in of in de omgeving van Auschwitz nog dwangarbeid moeten verrichten. Dat Duifje een aantal maanden later vanuit Westerbork wordt gedeporteerd is eigenlijk opmerkelijk. Gebruikelijk was dat de mannen uit de Joodse Werkkampen in Westerbork werd ‘herenigd’ met hun vrouw en eventuele kinderen. Duifje gaat een paar maanden, op 23 januari 1943, op transport. Drie dagen later wordt ook Duifje in Auschwitz vermoord.
De inboedellijst
Dankzij het Joodsmonument weten we dat er een inboedellijst is gemaakt van de huisraad. Uit deze inboedellijst weten we dat het gezin Neter in ieder geval een vier kamer woning had. Hoe groot de woning was voor wat betreft oppervlak is niet duidelijk. In ieder geval hadden ze voor de opslag ook nog een zolderruimte. De zolder was volgens de regels van Het Bouwfonds (de huiseigenaar) ten strengste verboden. Het opgeslagen bed zal dan ook niet zijn gebruikt om daar te slapen. Toen de lijst werd opgemaakt, waren de meeste kinderen al het huis uit. Uit de inboedellijst blijkt dat men wel zeer zorgvuldig te werk is gegaan met de inventarisatie.
Zo is onder ander genoteerd dat er een theemuts was, een schoorsteenloper, een B.G. Mürmans stofzuiger (?), drie vazen, een kantenkleedje, een hanglamp, een armstoel, een tafel met kleed, vitrage in alle kamers, een kastje met boeken en in alle kamers lag er ‘balatum’ op de vloer (= viltzeil, lijkt op linoleum), een gevulde linnenkast. Verder was er een zolder waar onder andere brandhout lag opgeslagen en er stond ook een fiets. Zelfs de gang en het toilet worden niet vergeten. Voor de volledige lijst verwijs in naar: inboedellijst compleet.