In 1941 gaat Jacob, de zoon van 14, aan het werk als kleermaker bij een I. Polak in de Nieuwe Amstelstraat 43 III. In de woningkaarten blijkt dat het gaat om Isaac Polak. Op het huisadres woonde overigens een Israël Polak, de kruidenier. Voor zover ik het heb nagegaan, geen directe familie. Jacob verdient daar fl.1,50 per week, gezien de hoogte van het bedrag gaat het hoogstwaarschijnlijk om een leerplek.
Vanaf augustus 1941 is er ook weer sprake van plaatsing in de werkverschaffing. In het dossier wordt melding gemaakt van zijn overplaatsing van de Werkverschaffing Westpolder naar de Werkverschaffing Hooghalen. Het kamp te Westpolder (gem. Ulrum) was aan de kleine kant. Het arbeidsterrein was landaanwinning achter de wadden, voornamelijk de bevordering van aanslibbing. In het kamp konden ongeveer 300 arbeiders worden gehuisvest. Bron: De voeding in de Groningsche werkverruimingskampen te Westernieland, te Westpolder en te Hornhuizen. In: Arts en Samenleving van 3 augustus 1940, door: Dr. C. den Hartog, arts te Wehe-den Horn.
In Hooghalen werden werklozen aanvankelijk in de bosbouw ingezet. In 1939 kwam het kamp onder de Rijksdienst voor de Werkverruiming te vallen. Vanaf augustus1939 werd vanuit het kamp meegeholpen bij de aanleg van Kamp Westerbork. Westerbork was toen nog bestemd voor de opvang van Joodse vluchtelingen.
Op 5 januari 1942 volgt de laatste mededeling. Philip wordt opnieuw overgeplaatst naar een ander werkverschaffingsproject. Het dossier mag dan spreken over werkverschaffing, in werkelijkheid gaat hij naar het Joodse Werkkamp (Lees hier over deze kampen), Gijsselte. Het is mogelijk dat Philip vanuit dit kamp is overgebracht naar Westerbork. Het kamp Gijsselte is op 3 oktober 1942 ontruimd, de aanwezige joodse dwangarbeiders werden per trein naar Westerbork getransporteerd. Kamp Gijsselte is ook onderwerp van een ingezonden brief in het antisemitische blad De Misthoorn. Dit naar aanleiding van eerdere berichten over de Rijkswerkkampen. In de brief waar Gijsselte overigens Gijzelte wordt genoemd, schrijft een inwoner uit Amsterdam over het in zijn ogen wangedrag van de Joden in het kamp. Voor een ieder die tegen een flinke portie antisemitisme kan (U bent gewaarschuwd), hier de HYPERLINK naar deze brief.
Ik heb van de kinderen, Jacob en Eva, geen nadere informatie kunnen achterhalen. Opvallend genoeg staan zij, zoals eerder niet vermeld op de archiefkaart van Philip of Leentje. Zowel Jacob als Eva krijgen de opmerking 'C17' in de gezinskaart van Philip. Ik heb helaas niet kunnen achterhalen waar deze afkorting voor staat. De suggestie die kreeg dat zij mogelijk ‘uit huis zouden zijn geplaatst’, is niet in overeenstemming met het dossier. Indien de kinderen uit huis zouden zijn geplaatst, was dit opgenomen in het dossier.
Philip en zijn zoon Jacob worden op 31 augustus 1943 in Midden-Europa vermoord. Dit doet vermoeden dat beiden in eerste instantie in zogenaamde satelliet werkkampen te werk zijn gesteld. Leentje en haar dochter Eva worden in Auschwitz vermoord en wel op 8 oktober 1942.
Ook de ouders van Philip worden het slachtoffer van de Holocaust. Beide ouders woonden op het laatst niet meer in de Lepelstraat, maar in het Nederlands Israëlitisch Oudeliedengesticht aan de Nieuwe Keizersgracht. Dit blijkt uit de kaarten van de Joodse Raad, maar ook uit de archiefkaarten. NAAR: Spitskopstraat 7 I – Het gezin Polak (1)