Bij het lezen van het Rembrandt Theater komen mijn gedachten naar de jaren 50/60 boven drijven.
Toen het Rembrandt Theater afgebrand was werd er een dancing opgebouwd met de naam Watersymfonie. Het was namelijk zo dat er lijfmuziek gespeeld werd door een orkestje van 5 man en een zanger, daar danste wij op en op het toneel zat een water orgel dat op de maat van de muziek danste.We gingen daar elke zaterdag avond dansen: daar stonden tafeltjes en stoelen erom heen met de asbak op tafel (? ). Ja dat was in die jaren, ik rookte zelf niet maar als je thuis kwam nadat je eerst een meisje naar haar huis had gebracht- maar zelf moest je met de tram naar huis - bij thuis komst stonk je een uur in de wind naar sigaretten rook. Je pak werd op een knaapje buiten gehangen om de lucht eruit te halen. Maar het had ook een goede kant want ik heb daar een meisje ontmoet dat is mijn vrouw - al jaren - geworden
Schrijver: Ruurd Kooiman