Bijzondere herinneringen

Verteller: Portret Samuel Cohen.2.JPG Samuel Cohen
Auteur: Frits Slicht Frits Slicht
Archiefkaart Sara Cohen Brandon. Archiefkaart van Sara Cohen-Brandon, bron SAA.

Archiefkaart Sara Cohen Brandon. Archiefkaart van Sara Cohen-Brandon, bron SAA.

 

 

In augustus 1931 werd mijn zusje geboren. Voor mij als vijfjarige een grote gebeurtenis. Ik was niet langer de jongste. Het was een grote verrassing, want zoals al eerder gezegd werd een en ander voor mij verborgen gehouden. Alles wat met verborgen lichaamsdelen te maken had, was bij ons taboe.

Mijn moeder is thuis bevallen en ik was bij een tante of bij kennissen ondergebracht als ware het een soort van verbanningsoord. Op een bepaald moment mocht ik naar huis en zonder enige vorm van voorlichting lieten ze mij bij mijn moeder in de slaapkamer. Of er verder nog iemand bij was, een kraamverpleegster of misschien mijn vader, dat weet ik niet meer. In de slaapkamer volgde het volgende:

“Je hebt een zusje, zeiden ze tegen me, niet: ‘Er is een zusje gebroen’. Dat heb je dan, zo maar. Ik vroeg hoe ze heette, en ze zeiden: Mirjam. En hoe heet ze van haar achternaam? Vroeg ik, een vraag die naar de omstandigheden volmaakt op zijn plaats was. Men lachte ingehouden en liet de vraag onbeantwoord.”

De volgende toch wel grote verandering was de verhuizing. In 1932 verhuisden we uit de vertrouwde omgeving naar het centrum van Amsterdam, de Utrechtsestraat. Op nummer 94 begon mijn vader een winkel. Het was een herenmodezaak onder de welluidende naam: ‘het Nieuwste’. Ons gezin woonde boven de winkel. Waarom mijn vader een dergelijke onderneming startte zo midden in de crisis, is mij een raadsel. Niemand zat te wachten op die prachtige, luxe spullen.

Eén van mijn eerste herinneringen aan mijn vader dateert nog van de Bredeweg. Het was tijdens een zwaar nachtelijk onweer en ik was erg bang. Mijn vader en ook mijn moeder kwamen in mijn kamer zitten. “Het licht werd aangestoken als middel tegen de blikseminslag. Vader zat in zijn nachthemd, hij droeg geen pyjama, en ik weet nog hoe hij daar zat, met ons allemaal te wachten tot het onweer over was.”

Linnaeusstraat Synagoge Inwijdingsartikel Linnaeusstraat Synagoge in 1928. Bron: NIW van 14-09-1928.

Linnaeusstraat Synagoge Inwijdingsartikel Linnaeusstraat Synagoge in 1928. Bron: NIW van 14-09-1928.

Een andere herinnering dateert van de Utrechtsestraat:  “Hij nam mij mee naar de sjoel in de Linnaeusstraat. Ik gaf hem een hand als we drukke straten overstaken. Op feestdagen droeg hij een hoge hoed en ik herinner mij hoe hij op het Loofhuttenfeest naar sjoel ging met een loelaw (een palmtak) in zijn hand. Als hij een kennis of een vriend tegen kwam, lichtte hij zijn hoed even op. Dat was zo de gewoonte. 

Terug naar de inhoudsopgave.

Alle rechten voorbehouden

384 keer bekeken

Geen reacties

Voeg je reactie toe