Wij woonden in de Celebesstraat 70 tegenover het eindpunt van tram 3 en keken uit op het perron van het Muiderpoortstation. Ons gezin bestond uit vader, moeder en ondergetekende, geboren in oktober 1940. In september 1944 kwam daar mijn broertje bij. 's Winters zaten wij in de keuken bij een kacheltje, dat gemaakt was bij Werkspoor, waar mijn vader werkte. Het 'Werkspooorkacheltje' hield het vertrek warm en er kon op gekookt worden.
Het interieur van de keuken werd gedomineerd door 2 leunstoelen uit de kamer en de keukentafel, heel knus want veel ruimte was er niet. Het kacheltje moest natuurlijk voorzien worden van brandstof. Als jochie van 3 jaar heb ik daar al aan bijgedragen, ik ging met mijn vader kooltjes zoeken. Op de hoek Pontanusstraat /Domselaerstraat bij de spoordijk mocht ik grond in een zeef scheppen. Mijn vader schudde de zeef en haalde er de stukjes kool uit die wij gebruikten.
De stoomtreinen reden daar vroeger op straatniveau en er was kennelijk gemorst met kool voor de locomotieven. Jammer voor de N.S. maar wij konden het goed gebruiken.
Aan kooltjes alleen hadden we natuurlijk niet genoeg dus werd alles wat branden kon gebruikt. Mijn vader en een buurman gingen er soms op uit om spoorbielzen te stelen, een zeer gevaarlijke nachtelijke klus. De bielzen werden bij ons op de veranda in stukken gezaagd en verdwenen in het 'Werkspoorkacheltje'.
Ook ging mijn vader kolen stelen op de Rietlanden, in het Oostelijk havengebied, daar lagen kolen die de Duitsers gebruikten en bewaakten. Toen mijn vader bezig was zijn kolenzak vol te scheppen hoorde hij een geweer ontgrendelen en dacht dat zijn laatste uur was geslagen. Dat bleek niet het geval te zijn, hij had het geluk een aardige al wat oudere Duitse soldaat te treffen en samen hebben ze over de oorlog staan praten. De man maakte zich natuurlijk ook zorgen over zijn familie in Duitsland. De zak van mijn vader mocht worden vol geschept en hij kon de volgende avond terugkomen om dat nog een keer te doen want toen stond de zelfde Duitser daar weer, wat een mazzel!!
Vlak na de oorlog rangeerden er goederenwagons met o.a.brokken kool bij ons voor de deur op de spoordijk. Bij het Muiderpoortstation is het hoogste punt van het rangeergebied, de lange rij goederenwagons werden er heel langzaam tegenop getrokken. De oudere jongens uit onze straat hadden er geen enkele moeite mee om op de rijdende wagons te klimmen en er grote brokken steenkool vanaf te gooien. Dat ik als klein jochie ook een groot brok mee naar huis wilde nemen werd niet op prijs gesteld, een buurjongen pakte mijn buit af en ik kon met een paar zwarte handen naar mijn moeder.