In 1984 zijn we uit de Transvaalstraat weggegaan. Hier in Venserpolder hebben we een fijn huis met een tuin en dat bevalt ons prima. Toch lopen we nog graag eens langs ons oude huis in de Transvaalstraat 46. Het staat er nog net als toen. Aan de overkant is wel alles veranderd, allemaal nieuwbouw.
Van 1955 tot 1984 hebben we in dat huis gewoond. Het was een gezellige tijd, we hadden goed contact met onze buren. Niemand van hen woont daar nu nog, hoor. De mensen zijn verhuisd, net als wij. Maar nog steeds zoeken we elkaar op, de meeste van die oude kennissen wonen in de buurt van hun kinderen nu, in dorpen ten noorden van Amsterdam.
De schillenboer kwam in de vijftiger jaren nog met paard en wagen langs de deur. Hij kwam met de loper boven om het schillenmandje op te halen. Er waren nog wel meer straatventers. De man van de Berlinerbol kwam langs en de kar met pens en ander voer voor de huisdieren. Die kwam via de Schalk Burgerstraat onze straat in. "Verse waar!" riep hij dan.
Voor in de Transvaalstraat, dichtbij de Linnaeusstraat, was een garage. Die mensen daar hadden twee grote honden. Als die koopman op onze hoogte begon te roepen, renden die beesten de Transvaalstraat door, naar de kar, om alvast een stukje te halen. Daarna renden ze dat hele eind naar de garage weer terug om de rest af te wachten. Het waren slimme beesten. We moesten altijd vreselijk om ze lachen.