Eind september 1944 togen mijn broer Jaap en ik per fiets zonder banden en bakfiets naar West Friesland met als ruilobjecten sigarettenpapier en een oude babyuitzet. Zonder problemen kwamen we tegen zeven uur aan in Oosterblokker. Al bij de eerste boerderij hadden we geluk, we kregen wat te eten en mochten op zolder slapen naast op de grond uitgelegde, heerlijk ruikende, appels en peren!
We vertrokken de volgende morgen met een kar vol aardappels, een zak meel en heel wat groente. Onderweg konden we nog wat opscharrelen. Toen ons ruilmateriaal op was, aanvaardden we de terugtocht. Tegen de avond, vlak voor een kapitale boerderij in de Beemster, begaf de as van een der wielen van de bakfiets het en met grote moeite konden we onze “buit" op het erf parkeren. Gelukkig kregen we alle medewerking van de boer, kar en fiets mochten in de schuur staan, wij kregen te eten en mochten blijven slapen. De boer zou de volgeladen bakfiets per bode naar Amsterdam laten sturen.
Dankbaar vertrokken we op de ene fiets, lopend en fietsend. Onderweg zagen we heel wat uitgeputte Amsterdammers, soms zelfs met een onderweg gestorven familielid bij zich!
Bij de pont over het IJ gekomen, stonden Duitsers die alles weer van al die stakkers afpakten. Ze mochten nog blij zijn zelf niet opgepakt te worden! Wat een geluk dat onze spullen veilig waren! Na enige dagen kwam inderdaad een vrachtrijder onze spullen op de Radioweg afleveren. We waren zielsblij!
Omdat de risico’s te groot waren, bleef het bij deze ene tocht. De aardappelen werden op zolder op de vloer neergelegd en broer Jaap werd belast met de zorg ervoor. Het deed Jaap verdriet een rotte aardappel te moeten weggooien, maar die rotte pieper zou de heleboel aan kunnen steken!
Hongertocht naar West Friesland
Wat een geluk dat onze spullen veilig waren!
6545 keer bekeken