Stien Kriger vertelt over haar leven in Amsterdam-Oost tijdens de Tweede Wereldoorlog: "Naast onze groentewinkel was een diamantslijperij 'Diamantzagerij Rozelaar, Eerste Oosterparkstraat 112-116. Daar werkten 100 tot 150 man, joodse mensen, als diamantslijper, roosjesslijpers werden ze ook genoemd omdat diamanten 59 facetten hebben om te slijpen en dan lijken ze op een roosje. Er werkte ook een loper, een oude gepensioneerde man, ome Arie. Voor de middagpauze ging hij naar bakker Schutte om broodjes te kopen, hij kwam bij ons in de groentewinkel om appels, peren en wat sinaasappelen te kopen en hij ging naar slager Hölscher en kocht daar pekelvlees en lever, dat werden dan broodjes halfom. Er was ook een beheerder van de diamantslijperij, de heer en mevrouw Miras, hij werkte aan de voorkant. Daar was een loket zodat hij in de gaten kon houden wie er binnenkwam. De eigenaar van de diamantslijperij, meneer Rozelaar, heeft in de oorlog zelfmoord gepleegd, hij heeft zichzelf doodgeschoten. Hij wilde niet wachten tot de Duitsers hem kwamen halen. Zijn dochter was voor de oorlog al geëmigreerd naar de Verenigde Staten. Na de oorlog is zij teruggekomen om de fabriek en ook verschillende huizen in de Eerste Oosterparkstraat die eigendom waren van Rozelaar te verkopen."
------------------------------------------
Er staat een verhaal over de familie Rozelaar op deze site. Ga naar De familie Rozelaar