Ravotten in de Zacharias Jansestraat

Kees is graag in Oost. Hij is in 1950 geboren in de Zacharias Jansestraat (Oud-Watergraafsmeer) waar toen politici en mensen met beter betaalde beroepen woonden. Aan het einde van de straat lag de Gereformeerde Rehobothkerk, in 1907 door Tjeerd Kuipers gebouwd. De Rehoboth-torenspits had het bijzondere model van een ‘Middeleeuwse poortershoed’. Achter de kerk was een weiland. De James Wattstraat en Nobelweg waren er niet, die zijn van latere datum. Kees kon als kind heerlijk overal ravotten met zijn vriendjes en dagelijks zijn hond Cesar uitlaten op het paadje naar de padvinderslokalen. Of hij trok naar het Schagerlaantje waar vroeger boerderijen stonden. De Stadskwekerij, waar nu restaurant De Kas staat, was er toen al. "Je kon daar niet rondwandelen zoals nu," vertelt Kees. Kees zat op de Willem van Oudshoornschool. In zijn klas zaten Martin (zoon van Ben Sijes die werkte bij het NIOD / Instituut voor Oorlogsdocumentatie), Rudi (zoon van Stroekman die een speelgoedwinkel had op de Pretoriusstraat) en Peter (zoon van Quatfass de gereedschapswinkel op de Ringdijk — waar nu een restaurant is). Zijn oma woonde op de Transvaalkade. Het gezin woonde aanvankelijk in bij anderen op III hoog. "Dat was niet vrijwillig, er waren onvoldoende woningen na de Tweede Wereldoorlog. Het betekende gezamenlijk gebruik van de keuken, je moest doodstil de trap op gaan om de buren niet te storen. Op zolder was de kolenvoorraad." In 1961 verhuisde Kees naar de overkant van de straat en kreeg het gezin een ‘eigen woning’ en Kees een eigen kamer. Later ging Kees naar de Breitner-MULO. Hij wil het onderwijs in, verlaat het ouderlijke huis en gaat in de Jordaan wonen. Een jaar later, in 1972, wordt zijn geliefde Rehobothkerk gesloopt. Rehoboth betekent het vinden van de Bron.