Mijn vader zag ik vaak alleen in de weekenden. ’s Avonds speelde hij ‘ergens in het land’ en kwam dan laat thuis. Hij had geen auto en moest altijd meerijden met anderen. De ene avond speelde hij in Groningen, de volgende in Middelburg. Er waren toen vaak varieté-avonden, waarbij een conferencier de avond aan elkaar praatte en anderen zongen, speelden, jongleerden, enz. Willeke Alberti is zo begonnen, André van Duin ook. Theaterbureaus zochten mensen bij elkaar en organiseerden zo een voorstelling. Het was een vrij beroep, als je geen werk had, dan was er ook geen geld. Dus stond ons gezin altijd onder spanning of er wel telefoontjes binnenkwamen. Als er gebeld werd, dan keken we of mijn vader vrij was en noteerden we een ‘vraagtekentje’. Later werd zo’n avond of matinee dan bevestigd. Al die artiesten kwamen bij ons repeteren in de Zacharias Jansestraat 2-hoog. Dan gingen de schuifdeuren dicht en namen ze de nummers door die op ‘de bühne’ werden uitgevoerd. Soms — als ik stil was — mocht ik in de kamer blijven. Ik was best trots als de Mounties, de Wama’s, Imca Marina of andere coryfeeën bij ons binnenkwamen. In de zeventiger jaren stierf het beroep van begeleidingspianist uit omdat kleine orkestjes de begeleiding overnamen. Zulke avonden worden nu nog maar nauwelijks georganiseerd. Mijn vader verhuisde naar een plek in de orkestbak (Hoofdstad Operette) en heeft nog jarenlang piano gespeeld. Echt leuk vond hij het niet, hij stond liever in de schijnwerpers... Eigenlijk heeft hij in alle dorpjes en steden van Nederland gespeeld. Waar we ook reden, hij zei altijd: ‘Hier heb ik nog gespeeld met...’ Hij is al lang overleden. Maar als we eens door een onbekend ‘gat’ ergens in het land rijden, komt dat zinnetje altijd weer in me op — ‘Hier heb ik nog gespeeld met...’
Mijn vader was pianist
Ik was best trots als de Mounties, de Wama's, Imca Marina of andere coryfeeën bij ons binnenkwamen.
6129 keer bekeken