"In de eerste klas zat ik bij juffrouw Slapmaddal, althans zo heb ik de naam onthouden, maar dat moet haast fout zijn " herinnert Geertje zich. Zij ging naar de openbare school "De Batjan" , gelegen naast de Obischool. Deze scholen deelden een schoolplein en een gymzaal, hoewel de kinderen van de scholen vaak strijd met elkaar hadden. "Later kwam ik in de klas bij meester Schutte, mijn 2 vriendinnetjes en ik gingen hem soms van zijn huis halen en hingen onderweg aan zijn arm. We waren dan natuurlijk vroeg op school en mochten de deur opendoen voor de anderen.
In de klas vertelde meester dikwijls een verhaal, wij moesten het navertellen in een opstel en het mijne werd nogal eens uitgekozen als het beste. Ik kon ook goed lezen en omdat de gewoonte was dat je hardop las tot je een fout maakte en dan de beurt doorgaf aan een ander, gebeurde het nogal eens dat meester mij stopte met lezen. Ik protesteerde dan en hij sloeg met de stok op de schoolbank. Ik had altijd mijn weerwoord klaar en stond daarom geregeld op de gang. Toen ik in de derde klas zat overleed een klasgenootje van me, aan hersenvliesontsteking. Wij gingen met zijn allen naar de begrafenis van dit jongetje, ik vond het zo erg dat hij in de grond werd gestopt en heb heel erg gehuild. Intussen was de oorlog uitgebroken en moesten we allemaal snel van school naar huis rennen als er luchtalarm was, want de angst was dat de gashouder aan de Polderweg beschoten zou worden.Moeder had ons verteld dat er onder in een trap aan de Palembangstraat een luik was, daarachter was een keldertje. Als moeder niet thuis was moesten we ons daar verbergen tijdens het luchtalarm.
In de 5e klas ben ik ziek geworden, buikvliesontsteking en de operatie ging niet goed, ik heb een paar maanden in het O.L.V.G. gelegen, op de kinderzaal. Het was een lange zaal die door schuifdeuren in het midden was gedeeld, in ons gedeelte lagen 12 kinderen, jongens en meisjes door elkaar. Er werkten toen nog allemaal nonnetjes, die 's avonds langs kwamen met wijwater en daar mochten de kinderen een kruisje mee maken. Ik was niet katholiek en kreeg niets, maar nadat ik gevraagd had om mee te mogen doen kreeg ik het ook. De nonnetjes waren lief, ze dekten je toe en troostten je 's nachts. Door dat lange ziekbed heb ik een groot deel van het schoolwerk gemist, toch mocht ik naar de 6e klas. Na mijn loffelijk ontslag van de lagere school ging ik naar de huishoudschool in de Lepelstraat, door de oorlogsomstandigheden verhuisd naar het Hortusplantsoen . De directrice, mevrouw van Gellecom, was heel streng, toch heb ik het er erg naar mijn zin gehad.Samen met mijn vriendin liep ik het stuk naar huis in de Indische buurt, soms wandelde er een man met een hoed voor ons, wij probeerden dan propjes papier in de rand van de hoed te schieten en dat lukte zowaar af en toe. Gillend van de lach kwamen we thuis. Een keer was mijn vriendin ziek en liep ik alleen naar huis, ik hoorde een fietsbel tingelen en daar reed mijn buurjongen. Ik vroeg of ik achterop mocht, dat mocht maar ik moest er wel afspringen voor we de straat in fietsten, anders kregen we ruzie met zijn vader. Dat was het begin van mijn verkering ".
Lees ook :
Sleutelgeld of geld toe.
---------------------------------------
Om terug te keren naar de Batjanschool in de rubriek 'MIjn schooljeugd', klik op Batjanschool.
Eventuele reacties in die rubriek plaatsen.