Vervolg van: Een 'oude Keure' (deel2)
Artikel 6
“Al wie bevonden wordt de kruin of barmten van den dijk, voor zoo verre die niet bepuimd en tot rijweg aangelegd is, te berijden of beesten daarop te drijven, zal daarvoor verbeuren de boete van zes gulden.”
(Met kruin wordt het hoogste punt van een dijk bedoeld. Aanvulling F.S.)
Artikel 7
Dit artikel betreft vooral de dieren van de bewoners van dit gebied. Uit de tekst blijkt wel dat er sprake is van een agrarisch gebied. In ieder geval is het niet toegestaan om ‘beesten’ op de ringdijk of direct omliggende delen daarvan te laten grazen. Dieren die toch worden aangetroffen, zullen worden: ‘geschut en gebragt in het schuthok of andere verzekerde bewaring’ (zie afbeelding bij dit verhaal). Indien de eigenaren bekend zijn, worden zij direct op de hoogte gesteld van het feit dat hun vee is geschut.
De eigenaren van deze dieren die bereid zijn om te betalen, krijgen hun dieren direct terug (zij zullen worden ontslagen). Indien de eigenaar hier niet voor kiest, zal een gerechtelijke procedure volgen. De dieren zullen op een publieke veiling worden verkocht. Boetes en eventuele juridische kosten worden verhaald uit de opbrengst.
De kleinere dieren worden niet vergeten, het gaat dan om: ‘hoenders, ganzen en dergelijk gevogelte’. De keure gelast deze dieren (ook zwanen): te houden op hunne eigen grond, erven, of in hunne besloten wateren of hokken’. Indien de genoemde dieren zich buiten het terrein van de eigenaar bevinden, kost dit de eigenaar: ‘vijfentwintig cents voor elk van gemelde dieren’. Ook hier gaat het weer om het feit dat de dieren zich niet op de dijken of het omliggende gebied (inclusief het water) mogen bevinden.
Daarna volgt in feite een soort van nawoord. De afbeelding bij dit verhaal geeft dit nawoord inclusief de namen van de Dijkgraaf en de Hoog Heemraden!