Vervolg van Een oude ‘Keure’ (deel 1)
Artikel 2
“Het is verboden den ringdijk, barmten of wegen dezer Meer, op eenigerlei wijze te versperren of belemmeren, op de boete van twaalf gulden, telken reize te verbeuren.”
(telken reize is een oude juridische term en houdt in: telkens als de overtreding wordt geconstateerd! Aanvulling F.S.)
Artikel 3
Hier gaat het om diverse verboden. Zo mag er geen riet worden gesneden omdat het riet dient ter bescherming van de ringdijk. Aangegeven wordt dat het verboden is om: “puin, hout of andere speciën te werpen” op of in het riet. Hierop staat een boete van zes gulden (‘telken reize’). Verder is het verboden: “nog eenige mest, asch, ruigten, groenten of andere vuilnis te werpen op den dijk, barmten of wegen op verbeurte van drie gulden”.
(Onder ruigten wordt een kruidachtige vegetatie verstaan, aanvulling F.S.)
Artikel 4
In dit artikel wordt beschreven dat het verboden is om met het steven van een schip of schuit tegen bruggen en barmten te varen. Hierop staat een boete van zes gulden met de verplichting voor de eventuele schade te betalen.
Het is verder aan een ieder verboden om: “de ringvaart met vlotten, vaartuigen, planken of anderszins hoegenaamd mogen versperren of belemmeren, nog dezelve, zonder toestemming van dit Dijkbestuur, daarin mogen laten liggen, op de boete van zes gulden”. De kosten voor eventuele ruiming zullen worden verhaald op de overtreder.
Artikel 5
Artikel 5 verbiedt om palen in de ringdijk te slaan; ook spitten, graven of roeren is niet toegestaan. Wat ook niet mag is: “eenigen waterdrop van huizen, schuren of stallingen te doen aflopen op den dijk”. Op al deze overtredingen staat een boete van twaalf gulden en de verplichting om de schade te vergoeden.