Wij gingen na de Oorlog weer snel op de boot wonen, want het gezin van de kapitein voer in die tijd altijd mee.
Oh, wij hadden een mooie woning aan boord hoor, daar zou iemand van uit de stad versteld van staan. Wij hadden een salon, een huiskamer, drie slaapkamers met overal een vaste wastafel, overal centrale verwarming, badkamer met kuip, en een vierkante keuken. Ja dat was in 1948, wie had dat toen?
Maar na een paar reizen heb ik weer de Baweanstraat opgezocht. Ik wilde werken en sparen voor mijn uitzet, te beginnen bij de linnenuitzet. Ik was nog wel geen achttien, maar had al twee jaar kennis, hij was zes jaar ouder en had het al over trouwen, dan zou ik mee gaan varen. Hij was een machinist, ook bij de zelfde Rederij. Ik had hem leren kennen toen de schepen in de haven naast elkaar lagen. Maar daar is het niet van gekomen, zoals dat wel vaker met planning in het leven gaat.
Ik woonde amper weer in de Baweanstraat bij mevrouw E. de Hooijer in of het werd feest in Amsterdam, de laatste Koninginnedag van Koningin Wilhelmina. Met mijn vriendin die in de Boetonstraat woonde, naar de stad gelopen en mee feest gevierd. Daar kwam zij een oud klasgenoot tegen, ik hield mij wat achteraf, maar wij hebben samen de dag leuk doorgebracht. Ja dat was wel heel iets bijzonders voor mij.
Toeval wil, de jongens woonden ook in Oost, en we zijn samen terug gelopen. In de Javastraat werd netjes afscheid genomen en we werden voor 's avonds weer uitgenodigd, mijn vriendin was heel enthousiast en zei direct "ja, zeven uur, weer hier, oké". Ik moest echt wel even aan het feestgedruis wennen, maar vond het uiteindelijk leuk. (Op de dam nam mijn vriendin meteen een foto, en deze bezit ik nog)
Ik moest altijd om elf uur thuis zijn, maar voor deze dagen mocht het wat later worden.
De heren, ze waren met zijn drieën, woonden op de Valentijnkade. De hoek Boetonstraat /Javaplantsoen was mij 's avonds te stil en te donker, maar mijn vriendin nam mij overal mee naar toe.
Zo ondernamen wij allerlei leuke dingen zoals zwemmen in het drie centen bad, fietsen, ja zelfs naar IJmuiden. We gingen daar zonnen, en gerookte paling kopen, die we op de terugweg, zittend op de dijk langs het Noord Zeekanaal, oppeuzelden.
En als het ons heel lekker smaakte gingen wij nog terug ook om weer nieuwe te halen.
Iedere zondag bedachten wij wel wat, zo gingen wij ook naar Ajax. Ook het Tropenmuseum vonden wij erg interessant, nee wij hebben geen nare jeugd gehad.
Lees hoe het verder ging in "Vier vriendinnen op de Dam" Lees verder