De omvang van het bezit
De familie Rozelaar was de grootste perceeleigenaar in het gebied tussen de Eerste Oosterparkstraat, de Vrolikstraat en de Tweede Oosterparkstraat. Hun bezit was verdeeld over drie eigenaren (juridisch gezien). Er is sprake van: de N.V. Diamantslijperij, voorheen M.A. Rozelaar; van M.A. Rozelaar jr. (Marc Abraham) en van Abraham, zich Adolf noemende, Rozelaar.
Het totale bezit omvat of beslaat een oppervlak van 1899 m². De Diamantslijperij omvatte behalve het fabrieksgedeelte ook een diamantzagerij, een ‘erf’ en een rijwielbergplaats. Overigens had deze fabriek in een eerder stadium een andere naam, de fabriek was toen vernoemd naar Louis Rozelaar. Louis had tien broers en zusters, waaronder: Abraham en Maurits Herman.
Marc Abraham Rozelaar
Marc Abraham Rozelaar jr. bezat privé ook nog twee woningen in de Eerste Oosterparkstraat. Of hij daar ook woonde of ‘slechts’ eigenaar was, is mij niet bekend. Ik heb hem overigens helemaal niet kunnen traceren. Mogelijk heeft hij net als Abraham zichzelf een andere naam gegeven. Binnen het bedrijf is namelijk wel sprake van een M.H. Rozelaar (Maurits Herman). Deze M.H. Rozelaar is een bekend persoon geweest in de diamantwereld. Dit blijkt duidelijk uit dit bericht.
Abraham Rozelaar
Abraham Rozelaar (die zichzelf dus Adolf noemde) bezat vier percelen (woningen en een erf). Uit een memorandum in het dossier blijkt, dat hij optreedt als woordvoerder van de Diamantslijperij. Abraham was de zoon van Marc Rozelaar en Jeanette Spanjaard. Hij zou trouwen met Rosa Eichtersheimer. Dit blijkt uit de site Genlias. Dat hij verbonden was aan de fabriek blijkt uit diverse rouwadvertenties (zie afbeeldingen). Overigens blijkt dit ook uit wat speurwerk in de woningkaarten (via het genoemde woonadres Van de Veldestraat 5 in het Uittreksel van het Kadaster, nummer 3!).
------------------------------------------
Er staat nog een verhaal over dit bedrijf op de site. Ga naar Roosjesslijpers en broodjes halfom