Een opzienbarende vondst

Verteller: Open Joodse Huizen (2012). F. Richard
Auteur: Frits Slicht Frits Slicht
1 Fan

Bron: De Heerenveensche Koerier: onafhankelijk dagblad voor Midden-Zuid-Oost-Friesland en Noord-Overijssel van 12-10-1945. Ook De Waarheid had hier een bericht over.

Linnaeusstraat, juni 1949. De Linnaeusstraat gezien in zuidelijke richting, met links op nummer 119 de Nederlands Israëlitische Synagoge, daarvóór de ingang van de Polderweg en rechts de ingang naar de Tugelaweg.<br />Dienst Publieke Werken; afdeling Stadsontwikkeling, uit het archief van de Dienst Ruimtelijke Ordening en rechtsvoorganger. Datering juni 1949. Bron: Beeldbank, Stadsarchief Amsterdam.

Linnaeusstraat, juni 1949. De Linnaeusstraat gezien in zuidelijke richting, met links op nummer 119 de Nederlands Israëlitische Synagoge, daarvóór de ingang van de Polderweg en rechts de ingang naar de Tugelaweg.
Dienst Publieke Werken; afdeling Stadsontwikkeling, uit het archief van de Dienst Ruimtelijke Ordening en rechtsvoorganger. Datering juni 1949. Bron: Beeldbank, Stadsarchief Amsterdam.

Alle rechten voorbehouden

De Heerenveensche Koerier van 12 oktober 1945 bericht over een opzienbare vondst in de Synagoge aan de Linnaeusstraat te Amsterdam (zich overigens baserend op een artikel uit Trouw, voor mij onvindbaar). Het gaat om gouden en zilveren voorwerpen en ruim 100 wetsrollen. De vondsten behoorden toe aan de Nederlandse Joodse Gemeente. Hoe waren deze spullen hier terecht gekomen? Het antwoord: ‘Toen in 1942 en 1943 de Joodse gemeenten In Nederland moesten verdwijnen, zijn uit alle delen van Nederland de meest waardevolle kerkschatten naar Amsterdam overgebracht en verstopt in een geheime gang onder bovengenoemde synagoge. De Duitsers deden hun mensonterende arbeid en degenen, die iets van de schuilplaatsen afwisten, werden met anderen naar Duitsland getransporteerd. Lange tijd lagen de waardevolle voorwerpen onder de grond door iedereen vergeten.’

Deze verborgen schat is aan het licht gekomen door een aantal schooljongens. De krant : ‘Een rooster, dat vroeger overdekt werd door een houten vloer, bleek toegang te geven tot een klein deurtje, waardoor men in een gang kwam van ca. 1 meter hoog. Hier waren de kunstschatten van de Nederlands Joodse gemeente in opgeborgen.
Een rechercheur van politie zag zondag hoe twee jongens de synagoge binnengingen, terwijl een man buiten bleef staan wachten. Hij vertrouwde het zaakje niet en ging op onderzoek. Een der jongens werd aangetroffen met een grote zilveren kan en schaal. De rechercheur rook “wild" en na enig speuren vond hij de toegang naar de schatkamer. De ondergrondse gang bleek een U-vorm te hebben. Voorin lagen tientallen wetsrollen, daarachter het zilver en goud. Alles is thans te voorschijn gehaald en enige deskundigen van de Joodse Coördinatie-Commissie inventariseren de zilveren kronen en andere versierselen der wetsrollen, die uit handen der Duitsers gered zijn en een enorme handelswaarde vertegenwoordigen. En dan te weten, dat de Duitsers de gehele synagoge geplunderd hebben!’

Terug naar alle Polderwegverhalen

Alle rechten voorbehouden

2721 keer bekeken

Geen reacties

Voeg je reactie toe