Prachtig vond ik het om met mijn opa helemaal naar de Zuidelijke Wandelweg te gaan voor de finale van het schoolvoetbaltoernooi. Onze school, de Rijcklof van Goensschool naast het pompgemaal op de Zeeburgerdijk, had het 'm geflikt. Veel kan ik me er niet van herinneren, behalve dat we kampioen van Amsterdam werden. De laatste drie jaar kreeg ik voetbalfanaat meester Crabbendam. Soms kwam hij in plusfour met strakke wollen kousen om zijn kuiten. In de pauzes rookte hij een sigaret uit een pijpje. Om tijdens de les toch wat in zijn mond te hebben, snoepte hij meestal pepermuntjes of van die amandelboontjes. Wij mochten natuurlijk niet snoepen. Meester Crabbendam bleek regelmatig jeuk aan z'n bovenlip te hebben (!).Toen ik in de zesde zat, gingen wij ons al snel voorbereiden op het schoolvoetbaltoernooi dat traditiegetrouw in de herfstvakantie was. Meester Crabbendam zorgde ervoor dat er op een woensdagmiddag een fotograaf bij Madjoe langskwam, waar we trainden. De volgende dag stonden we in de krant. Een foto met meester Crabbendam pontificaal in het midden van een kring kleine jongens en een onderschrift dat de Rijcklof van Goenschool al duchtig aan het oefenen was om toch maar weer eens Amsterdams kampioen te worden. We deden het niet slecht. We wonnen een paar keer, maar haalden zelfs de finale niet, ondanks de uitgebreide voorbereiding van meester Crabbendam. Het is bij dat ene schoolvoetbalkampioenschap gebleven waar ik als zevenjarige met mijn opa getuige van mocht zijn.