De uren op straat waren de leukste uren van de dag. We voetbalden heel erg veel: in de pauze, na school en 's avonds na het eten tot het donker werd. Ik was een echte straatjongen. Ik voetbalde vaak met Louis van Gaal bij het Linnaeushof, waar ik op school zat. Mijn ouders waren streng katholiek en daarom moest ik naar de Lidwinaschool.
Er komen nog meer bekende Nederlanders uit Oost: Ria Valk, Rob Out en bij ons in de buurt woonde Rob de Nijs. Zijn vader had een autorijschool. Mijn oudere broer was een 'rocker' met een vetkuif en een kippenkontje. Als mijn broer en ik Rob de Nijs zagen lopen daagde mijn broer mij altijd uit: "Jij durft geen foto met handtekening van hem te vragen en dan voor zijn neus te verscheuren". En dat deed ik dan juist wel. Met de opbrengst van zijn eerste hit had Rob de Nijs een auto gekocht. Hij reed dan met de binnenverlichting aan heen en weer over de Middenweg om herkend te worden. Toen had hij die ijdelheid al.
Op mijn zestiende verhuisden wij naar een benedenwoning in Diemen. Ik vond dat vreselijk. In mijn ogen was Diemen een super katholiek dorp. Het was niet volks en op straat voetballen was er niet meer bij. Ik kom nog wel in Oost, omdat mijn zussen er wonen, en ik loop ook nog weleens door mijn oude straat, maar ik zou er nu niet meer willen wonen. Voor mij staat Oost synoniem voor het benauwde, bekrompene van mijn jeugd. Een paar jaar geleden had ik afgesproken om naar de nachtmis te gaan in de Martelaren van Gorcum. Ik stond voor de kerk, toen de herinnering aan die tijd ineens boven kwam. In de kerk zag ik na al die jaren diezelfde uitgestreken gezichten weer, bol van devotie. Ik heb me omgedraaid en ben naar huis gegaan.