Wim Groot heeft als hij bij klanten de melk thuis bezorgde - en dat gebeurde vroeger bij zijn vader met de losse melk vaak twee keer per dag - op verzoek muizen gevangen, potkacheltjes verzet en verkeerd bezorgde post naar het juiste adres gebracht. Zijn ouders die al in 1934 een melkwinkel hadden in de Tweede Oosterparkstraat 50 hadden een kleine etalage waarin (namaak) kazen stonden en een grote glazen stolp vol eieren. Een klant wilde persé het middelste ei hebben en zelfs dat heeft zijn moeder nog geprobeerd, tot ze sprak "als je persé dat ei wil hebben, kom morgen dan maar terug."
Zijn moeder was sowieso een hulpvaardig mens, die haar klanten vaak advies gaf en bijvoorbeeld vrouwen te hulp schoot wier man het huishoudgeld vergokte. Ze merkte het op als mensen in stilte armoe leden en gaf dan discreet een wenk aan de pastoor om te zorgen voor een pakket levensmiddelen of iets dergelijks.
De vader van mijnheer Groot was behalve melkboer ook porder; als hij kwart over zes 's ochtends de melk bezorgde, moest hij de mensen wakker maken door luid op hun deur te bonzen. Een enkele keer heeft hij zich verslapen, dan sloop hij op kousevoeten de trap op en zette de melk voor de deur. Als de klanten dan kwamen klagen dat ze niet gewekt waren kon hij zeggen; "ik ben wel geweest, kijk maar naar de melk, maar je hebt het zeker niet gehoord."
Ja de klant moest vooral te vriend gehouden worden. De vader van Wim klaagde zelfs niet toen hij een keer 's nachts om half vijf werd gebeld; er was een kleinkind van juffrouw Marinus aan de overkant geboren en hij moest het meteen gaan aanzeggen, dat kon geen uurtje wachten. Overigens was er ook een klant die het maar niks vond dat de melkboer telefoon had, dat was veel te sjiek voor gewone mensen. De aansluitkosten waren namelijk 6 gulden!