Als kind moest Wim Groot er op af als ergens touw en blok werd gesignaleerd, de nieuwe buurtbewoners moest meteen gevraagd worden "Wilt U klant bij ons worden?" De klanten mochten ook het tijdstip kiezen waarop hun boodschappen werden bezorgd. De kinderen werden na schooltijd ingeschakeld om boodschappen te bezorgen, Wim had daar niet zoveel zin in en zorgde er vaak voor pas om half zeven thuis te komen als alles al gedaan was. Ontkwam hij er niet aan, dan ging hij zoveel mogelijk via de branddeuren van zolder naar zolder (vroeger waren de panden op zolder met elkaar verbonden uit brandveiligheidsoverwegingen), dat scheelde weer trappen lopen. Als zijn vader door Ischias soms weken was uitgeschakeld, dan kreeg men via het melkburo een vervanger, een zogenoemde reserveloper gedurende zes weken. Maar als vader daarna nog niet beter was, werden de kinderen van school thuis gehouden om te helpen. Na de lagere school heeft Wim geprobeerd timmerman te worden, hij werd na een jaar echter van de Ambachtsschool gestuurd wegens te grote speelsheid. Dus het werd toch de melkhandel, met nog een keer de hoop eraan te ontsnappen via de militaire dienst. Helaas werd Wim afgekeurd en toen heeft hij zich erbij neergelegd dat de melkhandel zijn beroep zou worden. Het dienstbetoon aan de klanten verschoof in de loop der jaren trouwens ook, in plaats van in alle vroegte de melk bezorgen, ging men bijvoorbeeld nylons verkopen, want tussen zeven en half acht kwamen de ladders in de kousen en waren de andere winkels nog niet open.
Klanten werven en houden
Eigenlijk waren er veel te veel melkwinkels in de buurt, pas rond 1960 werd er gesaneerd en kreeg je je eigen wijkje. Er werd toen ook gestimuleerd dat melkwinkels naar de Bijlmer in aanbouw zouden verhuizen. Uiteindelijk is dat mislukt, want de bewoners van de Bijlmer waren overdag nooit thuis, ze werkten allemaal elders.
2743 keer bekeken