Tot november 1922 zijn er verder geen aanvragen en mededelingen. Maar op 8 november 1922 meldt Ruben Soesan zich bij de “Commissie Steunverlening aan Uitgetrokken Diamantbewerkers”. Uit zijn lidmaatschapskaart van de ANDB blijkt dat hij in de jaren 1920 – 1922 gemiddeld meer dan 42 weken per jaar werkloos is geweest. Deze langdurige werkloosheid heeft hem ook doen besluiten om zijn lidmaatschap van de ANDB op te zeggen. De ambtenaar komt daarom tot de conclusie dat Ruben niet in aanmerking komt voor steun. Hij valt daarom weer onder Huiszittende Armen. Het formulier van 8 november 1922 is om twee andere redenen wel van belang. Ruben Soesan en zijn gezin zijn namelijk verhuisd naar de Spitskopstraat 9 huis. De andere belangrijke mededeling is dat zijn vrouw, Rachel Kat, in het ziekenhuis ligt. Uit en later bericht blijkt het te gaan om het Nederlands isr. Ziekenhuis aan de Nieuwe Keizersgracht 104 – 114. Uit het formulier van Huiszittende Armen van november 1922 blijkt dat er nog twee kinderen thuiswonend zijn. Het gaat om de dochters Sara en Rebecca. Sara was werkzaam als mantelnaaister bij een firma Renike, maar is momenteel zonder werk. Of Rebecca, die veertien is nog op school zit of al aan het werk is, is niet duidelijk. Van de beide meisjes wordt in ieder geval geen inkomen gemeld.
Ruben wil geen ‘onderstand’
In eerste instantie lijkt het erop dat Ruben een aanvraag zou hebben ingediend voor ‘onderstand’. Dat blijkt niet uit de tweede pagina van dit dossier. Hij wil namelijk zijn eigen geld verdienen. Hij wil een handeltje beginnen. Hij dient daarom een verzoek in voor handelsgeld.
In verband met dit verzoek schrijft of maakt de behandelende ambtenaar een mooi overzicht van de diverse kinderen van Ruben Soesan. Het doel is natuurlijk of deze kinderen, die niet meer thuis wonen, een bijdrage kunnen leveren. In dit overzicht wordt aangegeven met wie ze zijn getrouwd, of er kinderen zijn en waar ze wonen.
Steun van de kinderen
Slechts twee van de negen kinderen blijken ook daadwerkelijk een financiële bijdrage te leveren. Het gaat om zoon Benedictus die elke week twee gulden gaat bijdragen. Volgens opgave is Benedictus kleermaker en werkzaam in een confectiefabriek. Hij zou wonen in de Retiefstraat, nummer 24 een hoog. Hij is op 9 november 1922 vader geworden van een zoon (Salomon). De ander die bijdraagt, is de schoonzoon: Salomon Elsas, getrouwd met dochter Fenna. Fenna en Salomon hebben in 1922 drie kinderen. Salomon Elsas zal elke week een gulden bijdragen. Salomon is overigens huisschilder en woont met zijn gezin aan de Kromboomsloot, nummer 18 drie hoog.
Alle kinderen
Na verhaal 15 kom ik met een volledig overzicht van de kinderen en kleinkinderen van Ruben Soesan en zijn vrouw Rachel Kat.
TERUG NAAR: VERHAAL 1
OF NAAR: VERHAAL 9