Mijn lagere school, de Oranje-Vrijstaatschool, was een openbare school met veel Joodse kinderen. In de school, tegenwoordig onder de naam De Kraal, hangt nog een plaquete met de herinnering aan de 153 kinderen die in 1942 werden gedeporteerd.
Joodse les en Joods leven
Hoewel ik van Joodse afkomst ben, ben ik nooit echt naar joodse les geweest. Ik ben wel een keer naar joodse les geweest in een school in de President Brandstraat, maar na één keer vond ik het wel genoeg. Ik vond het voornamelijk vervelend.
Overigens had je wel een joodse school in de buurt, dat was in de Tweede Boerhaavestraat als ik mij goed kan herinneren. (Overigens zat er ook een Joodse school in de Kraaipanstraat, op nummer 60, aanvulling F.Slicht.)
Mijn ouders waren Joods, maar zeker niet orthodox. We leefden niet echt volgens de Joodse regels, wel hielden we ons aan bepaalde feestdagen.
Mijn moeder ging bijvoorbeeld naar een gewone slager. Dat was toevallig de zoon van een nicht van haar. Die had een slagerij in de Pretoriusstraat en die was niet O.R.T. (= Onder Rabbinaal Toezicht), die was dus niet-kosher.
Naar de Oranje-Vrijstaatschool
Na mijn eerste jaren bij juffrouw Vegter heb ik ook nog bij een juffrouw Eilander in de klas gezeten en later ook nog bij juffrouw Hundt. Hoe de school er toen uitzag, dat kan ik mij eigenlijk niet meer herinneren. Waarom ik trouwens op die school ben terechtgekomen, weet ik niet. Misschien omdat een ouder nichtje op die school zat. Mogelijk had mijn moeder via haar gehoord dat het een goede school was. Het kan niet met de afstand te maken hebben gehad, andere scholen zaten ook dichtbij.
Naast onze school zat trouwens nog een school, dat was de Transvaalschool. De Transvaalschool was een school voor jongens. Mijn neef zat op die school. Daarom weet ik dat nog.