Ondanks alles een mooie dag
Ook wij hebben genoten van de wandeling met al die leuke en boeiende verhalen en zeker voor mijn schoonmoeder was het een tocht om niet meer te vergeten, terwijl het heel emotioneel voor haar was. Heel knap dat er geen tranen zijn gevloeid. De rest van de dag bleef zij maar zeggen "Oh, oh, wat heb ik een mooie dag gehad, maar het werkt nog wel even bij me door". Gelukkig heeft zij een rustige nacht gehad, want het gebeurt wel eens, dat na een emotionele dag, de herinneringen parten spelen. Zij vond het ook heel indrukwekkend, dat er zoveel aandacht is besteed aan de Joodse gemeenschap uit die tijd door het plaatsen van foto's en gedenktekens.
Onderduikadres Helaas weten wij geen huisnummer van haar onderduikadres, maar het is het eerste benedenhuis vanaf de hoek Transvaalplein. Zij is tijdens een razzia via een soort touwladder gevlucht naar de woning op 1-hoog op het Transvaalplein. Met de toenmalige bewoonster heeft zij nog steeds contact. Deze mevrouw woont nu in Drunen en is 103 jaar!!!
Wat ziet die deur eruit!
Mijn schoonmoeder heeft met haar gezin van 1960 tot 1980 op nummer 92' gewoond. Dat zij vanuit de Betuwe wederom naar Amsterdam is verhuisd en ook nog eens in de Transvaalstraat kwam te wonen, is louter toeval. Zij vond het zo leuk om de woning nog eens te zien, waarbij zij direct de opmerking maakte "Jeetje, wat ziet die deur eruit en waar zijn de koperen bellen, waarop ik mij iedere week heb gestort met koperpoets!!"
De familie Engelander die staat afgebeeld op de foto op een van de erkers op het Transvaalplein, compleet met lidmaatschapsbewijs, waren vrienden van mijn schoonmoeder en hebben dus ook de oorlog overleefd. Zij woonden in de Transvaalstraat op nummer 90hs.
Weggevoerd en omgekomen
Mijn schoonmoeders' familie, vader, moeder, zusje, opa en oma zijn allemaal uit de Gerard Doustraat weggevoerd en omgekomen. Mijn schoonmoeder deed op dat moment een interne opleiding in het ziekenhuis "de Ciz" in de Jacob Obrechtstraat, dus woonde niet thuis.
Mijn schoonmoeder heeft via de ondergrondse verzetsbeweging een vals paspoort gekregen en heette i.p.v. Eveline Pijnappel, Joke Bakker.
Zij is op een boot van een fruitkweker en andere sluipwegen ontsnapt uit Amsterdam naar de Betuwe gereisd en leefde daar verder als Joke Bakker. Daar heeft zij haar man ontmoet en heeft hij heeft haar zijn hele leven ook altijd Jo genoemd.