Het tweede kind dat wordt geboren is Betje. Zij wordt geboren op 9 augustus 1898. Zij zal, nog geen jaar oud, overlijden op 28 maart 1899.
Op 25 november 1899 wordt hun zoon Salomon geboren. Salomon is volgens zijn archiefkaart aanvankelijk filiaalhouder in suikerwerken, hij zal later in de vishandel terecht komen. Hij trouwt op 14 maart 1917 met Roosje Swaab (geboren op 25 februari 1897). Gezien de wel erg jonge leeftijd van Salomon moet er een verklaring worden overlegd (zie de huwelijksakte). Zij wonen in de Uiterwaardenstraat 392 een hoog. Roosje en Salomon krijgen twee kinderen. Het oudste kind, Mina, is geboren op 19 mei 1917. Zij werkte als ‘winkeljuffrouw’, volgens de archiefkaart van Salomon. Zij zou hebben gewerkt bij de firma van G.W. Harmsen (volgens het adresboek was het een steenhouwerij) op de Amstelveenseweg 54-56.
Over kleinzoon Hijman
Op 21 september 1920 wordt hun zoon Hijman geboren. Van hem is veel bekend en er zijn ook de nodige documenten bewaard gebleven. Zij zijn te zien via de website van het JCK met de zoekopdracht Hijman Pais. Zo is er de aanvraag m.b.t. het Nederlanderschap. Waarom hij dit heeft aangevraagd is onbekend.
Op de website van het Joodsmonument vond ik de volgende tekst die ik deels overneem: “Zijn roepnaam was Herman. Als kind zat Herman bij de padvinderij. In mei 1940 vocht hij in het Nederlandse leger, bij het onderdeel Regiment Motorartillerie. Net als veel andere Joodse mannen kreeg Herman Pais begin 1942 een oproep om zich te melden voor een werkkamp. Herman Pais kwam in Westerbork aan op 11 mei 1943. Hij werd ondergebracht in barak 67, de strafbarak. Herman is zeven dagen in Kamp Westerbork geweest. Op 18 mei 1943 werd hij op transport naar Sobibór gezet. Samen met zijn vader, die die dag ook werd afgevoerd naar Sobibór, schreef hij een afscheidsbriefje dat uit de trein gegooid werd. Daarin schreven de mannen: "We zitten momenteel in de trein op weg naar (denkelijk) Polen. We zitten met ruim 60 man in een goederenwagon. We hebben ruim voedsel en kleren. Deze brief wordt uit de trein gegooid ergens in Groningen. Ik hoop dat deze brief jullie bereikt. We komen vast terug want de oorlog duurt nog maar een paar maanden. (…) Nu mensen, houdt jullie taai en weest flink. (…) Kop op hoor!" Bron: joodsmonument, Robby
In Sobibor werd Hijman / Herman op 21 mei 1943, op dezelfde dag als zijn vader Salomon, vermoord. Hijman Pais is 22 jaar geworden. Van Hijman is verder bekend dat hij leerling machineschrijver was. Er is geen verwijzing in het militieregister. In januari 1942 gaat Hijman verplicht naar het werkkamp It Petgat (Zuid Friesland). Pogingen om via bemiddeling van de Evangelisch Luthersche Gemeente ‘ontslagen te worden’ uit het werkkamp lopen op niets uit. Opvallend genoeg wordt deze verklaring later bijgeschreven op de Joodse Raadkaart van zijn vader (zie afbeeldingen).
Moeder Roosje zal, net als dochter Mina de oorlog overleven, Roosje overlijdt op 25 oktober 1969 in Amsterdam. Op de kaart van Mina een toch wel vreemde opmerking: ‘opgedoken Overtoom 407’.
NB gezien de hoeveelheid relevante afbeeldingen heb ik alle kaarten van de Joodse Raad cartotheek hieronder afgebeeld.
NAAR: Spitskopstraat 10 II – Het gezin van Haïm Pais (1)
OF NAAR: Spitskopstraat 10 II – Het gezin van Haïm Pais (11)