Dochter Roza: is geboren op 15 oktober 1892 en getrouwd met Willem Salomon (geboorte datum: 12 juni 1889) op 3 juli 1919 te Zaandam. Willem Salomon was diamantbewerker, net als zijn vader en twee van zijn broers. Roza en Willem hebben op diverse adressen gewoond, vanaf 27 april 1936 woonden zij op de Tugelaweg 44huis. Hun voorgaande adressen waren achtereenvolgens: Eerste Sweelinckstraat 22 I, de Riouwstraat 36 II en de Reitzstraat 25 III.
Zij hadden een zoon: David, geboren op 29 mei 1921. Tussen 1938 en 1942 is hij afwisselend thuis wonend en op de Middenweg (op verschillende adressen). Zijn laatst bekende adres is Middenweg 201 huis (volgens de archiefkaart: bij Kischneider). Rusthuis 'Kischneider-de Groot' stond onder leiding van Fijtje Kischneider-de Groot, die met haar gezin op hetzelfde adres woonde. Op de woningkaart van dit adres staan vele namen, te veel om uit te zoeken. Wel zeker is dat David in december 1940 terug gaat naar zijn ouders, naar de Tugelaweg.
Op 13 april 1943 gaan zij alle drie op transport naar ‘het Oosten’. Op deze dag vertrok het 7e transport richting Sobibor. De datum van de 13e april 1943 heb ik van de kaarten van de Joodse Raad. Roza en Willem Salomon worden op 16 april 1943 in Sobibor vermoord. Volgens zijn archiefkaart wordt David in Auschwitz vermoord 25 januari 1943. Ik kan deze discrepantie niet goed verklaren. Mede ook omdat ik via de website Oorlogslevens.nl vond dat hij was gearresteerd in het Apeldoornsche Bosch.
Zoon Simon: is geboren op 7 juni 1898 en van beroep diamantslijper. Als briljantslijper wordt hij per 1 juni 1917 lid van de ANDB. Hij is nog wel gekeurd voor de militie maar lijkt te zijn vrijgesteld vanwege broederdienst (broer Hijman). Maar daar denkt een ander blijkbaar anders over, hij moet wel degelijk dienen.Net als broer Hijman komt hij bij het 3e Regiment Vesting Artillerie. Per 20 maart 1919 wordt hij volledig vrijgesteld en is hij niet meer oproepbaar (zoals zijn broer Hijman).
Hij is getrouwd met Martha Barend (geboren op 30 oktober 1898) op 16 januari 1924. Zij woonden in de Kinderdijkstraat 13 II na eerder in de Topaasstraat en in de Trompenburgerstraat te hebben gewoond.
Lang heeft hij niet als briljantslijper gewerkt, als hij gaat trouwen geeft hij al aan dat hij werkzaam was als handelsreiziger (lederwaren lezen we later op de kaart van de Joodse Raad. Tijdens de bezetting is hij medewerker van de Joodse Raad. Dit staat ook aangegeven op de kaart van de Joodse Raad. Het is een functie via het Bureau Sociale Zaken en krijgt daardoor een Sperre. Op de kaart van Martha staat dat zij werkzaam was als naaister, een beroep dat de archiefkaart niet gehaald heeft. Simon en Martha Mouwes worden op 16 juli 1943 in Sobibor vermoord.
Zij hadden twee dochters: Elisabeth Celien, geboren op 17 maart 1925. OP haar kaart van de Joodse Raad valt telezen dat zij werkzaam was al huishoudhulp in het Rusthuis Morpurgo aan het J.D. Meyerplein 18. Zij had vier jaar MULO met typen gedaan en daarna doorgestroomd naar HBS 5. Op 11 mei 1943 gaat zij op transport waarna zij op 14 mei 1943 wordt vermoord in Sobibor. Zij gaat in tegenstelling tot haar jongere zus Emmij alleen op transport. Emmij is geboren op 23 juni 1930 en gaat samen met haar ouders op transport en wordt net als haar ouders op 16 juli 1943 vermoord in Sobibor.