Op 17 februari 1890 wordt Samuel geboren, het eerste kind van Isaac en Elisabeth. Op 22 oktober 1909 krijgt hij te horen dat hij is goedgekeurd voor de militie. Hij blijkt 1 meter en 609 mm groot te zijn. Bijna een jaar later wordt hij ‘ingelijfd’ bij het 7e Regiment Infanterie. Hoe lang en of hij heeft moeten dienen is onbekend. Maar in het militieregister alsmede op zijn archiefkaart staat dat hij venter was. Er zijn twee marktkaarten (ventvergunning). Hij heeft net als zijn vader nog wel een gezinskaart, maar deze is zo mogelijk nog slechter leesbaar. Hij zou trouwen met Rachel Groen, geboren op 4 mei 1886, op 23 maart 1911. Samuel was groente- en fruitventer en woonde met zijn gezin in onder andere de Blasiusstraat 93 huis, de Nieuwe Houtstraat 20 III, de Korte Houtstraat 11 II voor, Lepelstraat 38 II om uiteindelijk naar de Transvaalbuurt te verhuizen. Het adres is: Krugerstraat 19 II.
Uit de ventvergunning (en) van Samuel blijkt dat hij tussen september 1934 en eind 1942 voornamelijk handelde in groente en fruit. Uit de tweede marktkaart (onderaan dit verhaal) valt af te lezen dat hij een enkele keer steun heeft gehad via de gemeente, vermoedelijk in de vorm van handelsgeld.
Kinderen van Samuel Koopman en Rachel Groen.
Samuel en Rachel kregen drie kinderen: Elisabeth, Johanna en Isaac. Samuel werd op 3 september 1942 in Auschwitz vermoord, Rachel op 7 december 1942.
Hun oudste dochter was Elisabeth, geboren op 1 juli 1911. Zij was getrouwd op 11 januari 1933 met Isaak Neter (geboren op 2 september 1909). Als Isaak wordt gekeurd voor de militie woont hij in Amersfoort. Hij zou daar ‘verblijven’ in het Rijksopvoedingsgesticht. Zijn ‘wettige vertegenwoordigers’ woonden in de Indische Buurt, in de Boetonstraat 13 II. Zijn wettige vertegenwoordigers waren zijn ouders: Levie Neter en Sara Peperwortel. Hij heeft zes jaar lager onderwijs genroten en leert boekhouden. Hij is met zijn 1 meter en 737 mm aan de lange kant. Ondanks zijn ‘verleden’ en zijn geconstateerde bijziendheid wordt hij goedgekeurd. Hij wordt ingedeeld bij de Jagers 1e Ploeg (?).
Isaak werkte na zijn diensttijd als winkelbediende en woonde met vrouw en dochters in de President Brandstraat 24 II (hoek Reitzstraat). Voordien woonde het gezin korte tijd in Bussum om in Amsterdam te gaan wonen op diverse adressen (volgens de Archiefkaart). Aanvankelijk in de Derde Oosterparkstraat 77 II, de Reitzstraat 39 I, de Louis Bothastraat 22 huis (huisadres van de vader van Isaak), de Lepelstraat 57 (2 hoog achter), de Plantage Muidergracht 47 II en daarna in de Sparrenweg 18 III.
Dat lijkt veel, maar in de jaren dertig verhuisde men regelmatig. Niet uit weelde, maar vooral om financiële redenen. Een lagere huur was aantrekkelijk, een aanbod met twee weken vrij wonen eveneens. Overigens blijkt uit de woningkaarten dat er nog andere adressen waren waar het gezin van Isaak Neter en zijn gezin hebben gewoond.
NAAR: Spitskopstraat 7hs – Het gezin Koopman – Grootkerk (1)
OF NAAR: Spitskopstraat 7hs – Het gezin Koopman – Grootkerk (4)