Een dolle boel in de Laplacestraat.

Maar ook : veel ruzie

Verteller: Nienke Kamsma

Nienke Kamsma woonde met haar ouders in Amsterdam Zuid, maar beide grootouderparen woonden in Oost. Zij kwam als kind geregeld bij haar grootouders en deelt de volgende herinneringen aan twee heel verschillende opa's en oma's.

De vader van Nienke met grootouders 'Balistraat'. Foto uit privé bezit

De vader van Nienke met grootouders 'Balistraat'. Foto uit privé bezit

Bij mijn grootouders  m.z. kon heel veel, ze hadden een groot huis in de Laplacestraat met op de bovenste verdieping het kleermakersatelier van mijn opa. Behalve mijn grootouders woonde er ook een tante met haar zoon, mijn neefje waar ik graag mee speelde. Mijn opoe was een gezellige vrouw, alle kleinkinderen kwamen er graag.

Dit in tegenstelling tot mijn grootmoeder v.z. – zij woonde in de Balistraat – want die grootmoeder was een zure vrouw die mijn opa onder de knoet had.  Opa Kamsma- een  oud spoorwegman – was wel aardig. Ik herinner me dat hij met me ging wandelen en me attendeerde op mooie gevels en bijzondere gevelstenen. Van hem heb ik de uitdrukking geleerd ‘ je ligt te bielzen ‘ als je dwars was.  De familie was  van Friese afkomst en alle kinderen kregen een Friese naam. Ik ben vernoemd naar Nienke van Hichtum, mijn opa was bevriend met haar man Jelle Troelstra.

Tekenend is wel dat als ik thuis ruzie had, ik mijn koffertje pakte -  met mijn bal, mijn inktlap, pyama en tandenborstel – en vanuit de Saffierstraat waar wij woonden naar de Laplacestraat liep om daar te logeren. Nooit naar de Balistraat.

Bij opoe in de Laplacestraat kon heel veel, maar toen ik een keer met mijn neefje het speelgoedtreintje waar we mee rondreden vulde met papiertjes die we in de fik staken – en  een gat in het balatum brandden- kregen we wel een pak slaag van opa. Opa had veel krachttermen tot zijn beschikking – hij was een oud-zeeman- en kon goed tieren. Mijn moeder  werkte op het kleermakersatelier, net als haar zuster. Op het atelier stonden grote machines, een persplaat en een kachel met ringen bovenop. Heel vaak stond daar een pan soep te sudderen. Opa bezorgde de pakken die af waren op de fiets bij de klanten, soms mocht ik mee.

Onder de gemoedelijke en warme sfeer in de Laplacestraat broeiden echter familieconflicten. Een van de zoons van opoe was in de oorlog vrijwillig naar Duitsland gegaan, tot afgrijzen van opoe. Zij was van Joodse afkomst. Wat hij daar precies gedaan heeft heb ik nooit geweten, maar het was foute boel. Na de oorlog kwam hij terug met een Duitse vrouw en een zoontje, het neefje waar ik zo graag mee speelde. Er waren veel ruzies en het werd nog erger toen mijn opa een verhouding begon met zijn Duitse schoondochter. Mijn opoe scheidde van hem, nu was zo zowel door haar zoon als haar man verraden .

Alle rechten voorbehouden

572 keer bekeken

Bekijk meer afbeeldingen

Familie moederskant in 1935, de bijschriften zijn van Nienke's moeder. Foto uit privébezit

Familie moederskant in 1935, de bijschriften zijn van Nienke's moeder. Foto uit privébezit

Nienke Kamsma, 2019. foto uit privébezit

Nienke Kamsma, 2019. foto uit privébezit

Alle rechten voorbehouden

Geen reacties

Voeg je reactie toe