Mijn nieuwe vriendin begrijpt me niet. In ieder geval hebben we niet hetzelfde gevoel voor humor. Ik stelde haar laatst voor om samen de cursus ‘oesters openen’ te volgen. “Waarom zou ik in godsnaam zo’n cursus volgen” antwoordde ze. Oesters hadden we ook als voorgerecht in het restaurant Wilde Zwijnen in Amsterdam-Oost waar ik met uitgever Marc en zijn vrouw Stella ging eten.
In het restaurant kiezen we uit gemakzucht het verrassingsmenu. Over de ‘hipster look’ van het mannelijke personeel in de trendy Amsterdamse restaurants heb ik al eerder mijn licht laten schijnen. Het viel me nu op dat ze niet alleen gedistingeerde snorretjes en baardjes hebben maar ook hun haar in knotjes dragen als ballerina’s. Het doet er verder niet toe. Bijzonder aan de nieuwe restaurants is verder dat ze lijken op afgedankte bedrijfskantines. Het eten is exclusief en origineel maar de entourage is een samengeraapt zooitje. Alle stoelen zijn verschillend, er is wat meubilair van steigerhout en de akoestiek is om te huilen. Het zijn meestal oude bedrijfsgebouwen waar een culinaire herbestemming voor is gevonden: garages, scholen of pakhuizen. Dan zit je voor 100 euro per couvert te eten en je vernikkelt van de kou, zoals me dat de afgelopen winter overkwam in de Goudfazant in Amsterdam-Noord.
Ik mag graag kritiek hebben op restaurants maar dit keer kreeg ik in het restaurant zelf de volle laag. Ik ben mijn hele leven een letterkoelie geweest al zou je dat aan mijn postuur te zien niet zeggen. Ik zie er eerder uit als een bouwvakker dan als een academicus. Dat heeft zo zijn voor- en nadelen. Mijn figuur heeft als nadeel dat mijn broek nogal afzakt. In de open stoel van steigerhout waarin ik zat was dat ook zichtbaar voor mijn achterbuurvrouw. Vriendelijk doch beslist meldde ze me dat mijn decolleté haar stoorde. Het was wat gênant maar gelukkig was er al de nodige wijn doorgekomen waardoor deze pijnlijke confrontatie toch nog als een genoeglijk onderonsje kon worden afgehandeld. Uitgever Marc gaf me zijn Armani-colbert dat ik als schaamscherm over mijn stoel drapeerde.
De avond verliep verder gezellig en Stella bracht me met de auto naar huis terwijl Marc op de achterbank in slaap was gevallen. Het is zo’n avond dat je geheel en al verzadigd bent en niet anders meer wilt dan naar bed gaan. Pas de volgende ochtend las ik in de krant dat de dag ervoor - vrijdag de dertiende op het moment dat wij onbekommerd in ons restaurant in Amsterdam Oost zaten - in Parijs 130 doden vielen. Mensen zoals wij in een restaurant, bij een concert en tijdens het voetbal.