Een hele rooie sociale buurt

Pretoriusstraat, Smitstraat, Transvaalbuurt

Bij ons in de buurt zat altijd een joodse vrouw voor het raam diamanten te slijpen.

Trouwfoto echtpaar Zurburg De trouwfoto uit 1940 is genomen door de joodse fotograaf De Boer, Pretoriusplein (nu het Steve Bikoplein. De fotograaf was een van de vele joden die in de oorlog zijn weggevoerd. Trouwfoto van het echtpaar Zurburg. In 1940 gemaakt door de joodse fotograaf De Boer op het Pretoriusplein (nu het Steve Bikoplein). Hij was een van de vele joden uit de Transvaalbuurt die in de oorlog vermoord werden.

Trouwfoto echtpaar Zurburg De trouwfoto uit 1940 is genomen door de joodse fotograaf De Boer, Pretoriusplein (nu het Steve Bikoplein. De fotograaf was een van de vele joden die in de oorlog zijn weggevoerd. Trouwfoto van het echtpaar Zurburg. In 1940 gemaakt door de joodse fotograaf De Boer op het Pretoriusplein (nu het Steve Bikoplein). Hij was een van de vele joden uit de Transvaalbuurt die in de oorlog vermoord werden.

Alle rechten voorbehouden

Ik ben in 1913 geboren in Velp. Door de Eerste Wereldoorlog was er in Velp geen werk meer. In 1914 verhuisden wij naar de Smitstraat in de Transvaalbuurt. Een benedenwoning met twee slaapkamers voor acht kinderen. Ik sliep aan het voeteneinde. Ledikanten kreeg je van de woningbouwvereniging Het Oosten. Stromatrassen moest je zelf kopen.
Omdat er toen nog geen christelijke school was, gingen we eerst naar de openbare Christiaan de Wetschool. We vielen nogal uit de toon met onze witte schorten en witkanten mouwen. En dan nog dat Velpse dialect! Op handwerkles hadden mijn zusjes en ik het over overshands naaien en twee rechtg, twee krang. Later ging dat over. Dat zie je nu aan die Marokkaanse kinderen - die spreken ook gewoon Nederlands. Jo Juda, die bekende violist, zat bij mij in de klas. Er waren veel joodse kinderen naar de Transvaalbuurt verhuisd toen die krotwoningen rond Uilenburg en Nieuwmarkt werden afgebroken. We speelden gewoon met ze, knikkeren en zo. Als je ruzie had, zeiden wij: 'spekjood' en zij 'goj'. Er was een hele grote synagoge op de Polderweg. Bij ons in de buurt zat altijd een joodse vrouw voor het raam diamanten te slijpen. Joodse mensen waren vaak lid van de SDAP (Sociaal-Democratische Arbeidspartij); 1 mei was altijd groot feest in de Transvaalbuurt. Een hele rooie sociale buurt met woningen van de Handwerkersvriendenkring.
Ons zondagse uitje was het Oosterpark. Vroeger de oude Oosterbegraafplaats. Bij de uitgang van de Van Swindenstraat lagen joodse begraafplaatsen met rechtopstaande stenen. Eendjes voeren in het Oosterpark was er niet bij; dat deed niemand. Mijn vader maakte ons tijdens onze wandelingen aldoor attent op alle oude gevels. Zoals in de Pretoriusstraat waar politieagenten, brandweermannen en zeelui woonden. Daarom werd die de koperenknopenbuurt genoemd. Er stonden mooie, ouderwetse huizen, door Berlage gebouwd. Daarom ben ik, dankzij mijn vader, ook zo gek op Amsterdam. Die leeuwenkoppen boven de deuren op het Kastanjeplein - dat is toch prachtig!

Alle rechten voorbehouden

2069 keer bekeken

Geen reacties

Voeg je reactie toe