Getrouwd
Dankzij een doktersattest en de medewerking van de Joodse Raad weet Jacob vrijstelling te krijgen voor deportatie (een oproep zou elk moment in de bus kunnen vallen). Het moet in de tweede helft van 1942 zijn geweest. Om zijn vriendin, Martha, te vrijwaren voor deportatie trouwen zij in augustus 1942.
Werk ‘regelen’
Het is begin 1943 als Jacob Zwaaf, inmiddels getrouwd met Martha Sluijs, werk weet te ‘regelen’ in het Joodse Ziekenhuis (Nederlands Israëlitische Ziekenhuis) aan de Nieuwe Keizersgracht 104-110. Martha werkte al langer in de keuken. Werk regelen is niet zo eenvoudig, het ziekenhuis is namelijk overbezet met personeel. Werken in het ziekenhuis geeft bescherming, een “Sperre” (document dat tijdelijke vrijstelling van deportatie verschafte). Jacob legt uit hoe hij het toch weet te regelen:
“Ik besloot na toestemming van de directeur met mijn vrouw te ruilen. Zij bleef thuis en ik kreeg een baan in de keuken als hulp van de kok. Eenmaal ingewerkt, ging ik enige dagen later weer naar de directeur en vroeg hem mijn vrouw weer in dienst te nemen. Dit lukte me warempel en zo waren we enige maanden goed beschermd, want de duitsers hebben het ziekenhuis tot het laatst toe met rust gelaten. Uiteindelijk kwam ook daar een einde aan.”
Ons huis!
Martha en ik hadden kamers gehuurd. De verhuurder was een alleenstaande mevrouw (naam en adres onbekend). Ineens dagen zagen wij haar niet meer. Na informatie bleek dat zij een paar dagen later met haar zoontje was gearresteerd bij familieleden in Amsterdam Noord. Wij moesten dus weer een andere woning zien te krijgen, omdat onze meubelen bij het ‘Pulsen’ gevaar liepen. Na veel moeite kreeg ik het gedaan een gehele woning (adres onbekend) toegewezen te krijgen. Het was weliswaar klein, maar voor ons beiden groot genoeg en we waren blij niet meer bij anderen kamers behoeven af te huren.