Sinds de Muziekschool Watergraafsmeer was opgericht in 1915 werd er onderwijs gegeven in vele instrumenten, zang, compositie, muziekgeschiedenis, declamatie, Italiaans, Frans enzovoort, enzovoort.
De instrumentale lessen werden gegeven in klassen van ten hoogste drie leerlingen. In feite waren het privé lessen. Er was geen vooraf bepaald lesrooster, de lessen werden ingeroosterd in overleg met de leerlingen. Leerlingen konden op elk moment en op elke leeftijd starten met hun muzieklessen.
Kwaliteitsgarantie
De kwaliteit van de lessen werd gewaarborgd door een geregelde controle door ‘den Direkteur en de desbetreffende hoofdleeraren’. Men weet zich in de brochure van 1935 goed te verwoorden: ‘Teneinde niet, na jarenlang z.g.n. “goedkoop” muziekonderricht te hebben “genoten” tot de onaangename conclusie te komen dat het onderwijs geenszins aan de gestelde verwachtingen heeft beantwoord, wende men zich dadelijk tot Muziekschool Watergraafsmeer die zich tijdens haar 20-jarig bestaan door haar consciëntieus en artistiek hoogstaand onderwijs, in muziekkringen een reputatie van groote betrouwbaarheid heeft verworden.’
De lesgelden
De school hanteerde verschillende tarieven. Voor de beginners (‘lagere instrumentaalklassen’) betaalde men voor een heel lesjaar (een uur per week, klassen van 2 leerlingen) f. 70,-. Koos men voor twee lesuren per week (maar wel met 3 leerlingen), dan betaalde men f. 90,-. De kosten voor de hogere instrumentaalklassen bedroegen f. 135,- (klassen met 2 leerlingen aangeboden, twee lesuren per week). Er was ook een solozangklas, daar bedroegen de kosten f. 145,- (twee lesuren, 2 leerlingen) per jaar.
De lesgelden voor de lessen ‘Moderne Kinder-Zang-Decalmatie-Spelen’ bedroegen slechts f. 20,- per jaar.
Wat er voor de Jazz-klasse moest worden betaald, wordt niet aangegeven. Dit geldt overigens ook voor de lessen Italiaans, Frans (voor leerlingen van de lagere school!) en lessen Banjo, Gitaar, Mandoline en Accordeon.