Op de plek waar sinds mensenheugenis een verzameling kleine bedrijfjes en voorzieningen was is een nieuw winkelcentrum gerealiseerd: Oostpoort.
Bijna alles wat oud en vertrouwd was is afgebroken.
Zo ook de 3e 3, de HBS met driejarige cursus waar ik mijn middelbare schooltijd doorbracht en het gebouw van de GG&GD. Daar ging ik naar de schoolarts en later met mijn kinderen naar het consultatiebureau. Veel kleine bedrijfjes zijn verdwenen. Daar fietste ik tussendoor op weg naar de Linnaeusstraat. Gesloopt is de grote Don Bosco technische school en het Kraaiennest - gebouwd in en soort vakwerkstijl- waar feesten en cursussen werden gegeven. Het grote zwembad is door de nieuwbouw aan het oog onttrokken en menigeen vraagt je op Oostpoort waar het zwembad nu toch is.
Wat voor het oog nog waarneembaar is aan oude gebouwen is de oude Sterovita melkfabriek, met wat fantasie het voormalige politiebureau waar serres aangeplakt zijn en straks een opgelapt gebouwtje -teruggevorderd van De Valreep- het voormalige dierenasiel.
Ergens achteraf staat nog een soortgelijk gebouwtje waarvan alle ramen dichtgetimmerd zijn. Daar kunnen feesten worden georganiseerd.
Al deze stoffelijke resten van de Oostergasfabriek, die nu monumenten heten, moeten tezamen met een deel van de gevel van het Stadsdeelkantoor de sfeer van het nieuwe winkelcentrum bepalen.
Oud en nieuw, van alles wat.
Een centrum waar, in ieder geval om te zien, mooi gebouwd is. Afwisselend, verschillende ontwerpen, helaas met nep- glas-in-lood in de bovenlichten. Waarom geen echt?
Een groot plein voor het kantoor van de deelraad. Een bestuursorgaan dat inmiddels is opgeheven.
Aan de Oranje Vrijstaatkade is de gevelwand van woningen aangepast aan die van de voormalige melkfabriek en de “oude”gevel van het stadsdeelkantoor.
Hier zijn alleen horecazaken te vinden met grote terrassen aan het water van de ringvaart van de Watergraafsmeer.
In het centrum winkels, die nog steeds niet allemaal een bestemming hebben, met daarboven woningen. De niet zo brede rondlopende straten geven wel sfeer aan het gebied. Voor het winkelend publiek ziet het er leuk uit, maar ik ben bang dat er heel wat woningen zijn waar nauwelijks zonlicht binnenkomt. Als woongebied vind ik het benauwend. Geen bomen, geen groen geen ruimte voor spelende kinderen. Of zijn deze huizen gebouwd voor ouderen en kinderlozen?
Op een klein stukje grond zijn twee functies bij elkaar gepropt - wonen en winkelen - die niet helemaal met elkaar stroken. Hierbij denk ik ook aan de mensen die boven de Hema wonen.
Opeens hebben ze een enorm gebouw voor hun neus gekregen. En de bewoners van het huis op de hoek Fronemanstraat en de Beijersweg - straten die hun naam niet mochten houden en werden omgedoopt in Nirwana en het Land van Cocagne- zij hebben nu uitzicht op een steeg in plaats van op het grote plein voor het zwembad dat gedeeltelijk is volgebouwd en waarvan het restant is afgesloten met een groot hek. Daar achter rommel en onkruid.
Ik, en niet ik alleen, ben niet gecharmeerd van het feit dat je je fiets ergens aan de periferie van Oostpoort dient te stallen. Niks boodschappen in je fietstas. Sjouwen met je tassen tot je eindelijk weer bij je fiets bent. Kost veel energie, tijd en pijnlijke armen. Voor mij een reden om er zeker geen dagelijkse boodschappen te gaan doen, maar gewoon bij mijn oude winkel te blijven waar de fiets gestald en de auto geparkeerd kan worden.
De Middenweg en de Linnaeusstraat boeten in als winkelstraat.
Of dit veroorzaakt wordt door de opening van het nieuwe winkelcentrum kan ik niet beoordelen. Wel is het zo dat een paar winkels naar Oostpoort verhuisd zijn en de verlaten panden nog steeds niet opnieuw zijn ingericht. Er is behoorlijk wat leegstand. Dat zal nieuwe ondernemers niet snel doen besluiten daar een winkel te beginnen.
Zoals op alle winkelcentra wordt een groot deel van de winkelstand ingenomen door ketens.
Ik word daar niet echt gelukkig van. Overal dezelfde eenheidsworst. Waar je ook naar toe gaat, allemaal dezelfde winkels.
En dan die krankzinnige hoeveelheid horeca. Momenteel 13 etablisementen inclusief de sporthal, waar ongetwijfeld ook iets te eten en te drinken is. Hoeveel mensen moeten zich daar dagelijks komen laven om de uitbaters allemaal een reden van bestaan te geven?
Nog is het niet genoeg. Ook het voormalige dierenasiel moet “verhorecaad”worden.
Kookt straks dan niemand meer gewoon thuis?
Ik kan het niet geloven.
Corrie Groen