In De Telegraaf van 27 juni 1929 verschijnt een lovend artikel over het âAmsterdamsch Genootschap voor Werkverschaffing aan Onvolwaardigen (AGWO).
Bijvoorbeeld: âEen inrichting, waar thans een aantal gebrekkigen nu al dagelijks met lust, liefde, ijver en grootte toewijding arbeidt, is er gelukkig.â
Het AGWO bevond zich in 1929 in het Oosterpark, naast het Koloniaal Instituut, in de ârustige omgevingâ van het Parkherstellingsoord.
De directeur van de Vereniging Parkherstellingsoorden (waar de AGWO onder valt), de heer Rösener Manz, verzorgt voor De Telgraaf een rondleiding. Hij geeft te kennen niet te dromen van een arbeidspaleis voor de onvolwaardige krachten zo groot als het aangrenzende pand van het Koloniaal Instituut. De directeur hoopt wel op een betere huisvesting zodat een âuitbreiding der werkverschaffing aan de gebrekkige arbeidskrachtenâ kan worden gerealiseerd. Aanvankelijk was er alleen sprake van arbeidstherapie: âwaar invaliden, alzo onbruikbare, in voor de maatschappij bruikbare menschen werden herschapenâ. Met resultaat, want velen konden hun oude beroep weer opnemen of werden geschikt gemaakt voor een ander vak.
Zo rond 1928-29 werd op een congres besloten de arbeidstherapie niet meer als primair doel te beschouwen. De inrichting moest een soort toevluchtsoord voor onvolwaardigen worden.
âDus niet alleen gebrekkigen een ander vak te leeren, doch hun ook aan arbeid te helpen, zooveel mogelijk blijvend, waardoor zij niet langer aangewezen waren op liefdadigheid en armenzorg, wordt het voornaamste streven.â
De Telegraaf is zeer positief over de aldus tot stand gekomen AGWO. De krant is van mening dat deze instelling de steun van een ieder meer dan waard is. Deze oproep is gericht is aan particulieren en bedrijven. De gemeente wacht met eventuele subsidie tot er resultaten over een langere periode te noteren zijn.
bron:
De Telegraaf, 29 juni 1929. In het âArchief van de Sociale Raad en rechtsvoorgangersâ. Gemeentearchief Amsterdam.