Op 19 mei 1942 meldde de agent van politie Bakker dat er om ongeveer 11.00 uur in de ochtend een aanrijding had plaatsgevonden. De aanrijding vond plaats op de Middenweg, bij de Linnaeuskade. Betrokken waren een tweewielig motorrijwiel van de Duitse Weermacht en een vuilniswagen van de Stadsreiniging.
Als gevolg van de aanrijding liep het motorrijwiel schade op aan de stuurinrichting. De bestuurder ‘bekwam’ een flinke vleeswond aan zijn linkerhand en een verstuikt linkerbeen. Hij werd door een juist passerende particuliere ziekenwagen naar het Koloniaal Instituut gebracht.
(Tijdens de oorlog was het gebouw, tegenwoordig het KIT, gevorderd door de Ordnungs Polizei of Grüne Polizei, aanvulling door F.Slicht.)
Het ongeluk was het gevolg van het niet verlenen van voorrang. De bestuurder van het motorrijwiel, komende van de Middenweg, reed rechtdoor in de richting van de Linnaeusstraat. De bestuurder van de vuilniswagen verklaarde dat hij vanuit de Linnaeusstraat kwam en naar links de Linnaeuskade wilde oprijden. Hij vertelde dat hij de motorrijder niet tijdig had opgemerkt en de aanrijding niet meer kon voorkomen. De vuilniswagen, voortbewogen door gascilinders die op de cabine bevestigd zijn, ‘bekwam’ schade aan de radiateur.
De papieren van beide bestuurders waren in orde, er was geen alcohol in het spel. Na zorgvuldige controle van de vuilniswagen door de agent van politie Jansen (deskundige van de afdeling Verkeer) werd deze in orde bevonden en daarna op last van de ‘Fungerend Chef’ (van politie) vrij gegeven.
Aanrijding met Vuilniswagen
Een kwestie van voorrang geven, of toch maar niet.
De chauffeur van een vuilniswagen ziet een motorrijwiel over het hoofd, een aanrijding is het gevolg.
940 keer bekeken