In de nacht van twee op drie mei 1942 beleefde een ouder echtpaar wel hachelijk avontuur. Het echtpaar was op weg naar huis na een bezoek aan het Nationaal Theater in de Linnaeusstraat.
Op de hoek van de Van Swindendwarsstraat en de Pieter Nieuwlandstraat werd het echtpaar staande gehouden door een Duitse militair in uniform. Deze militair, een Oberfeldwebel der Luftnachrichtentruppe (=Een onderdeel van de Luftwaffe met signaleren en rapporteren van vliegtuigbewegingen, door visuele of elektronische waarneming. Aanvulling door F.Slicht), bedreigde het echtpaar met een revolver. Hij wierp hen de woorden toe: “Staan blijven of ik schiet”. Later verklaarde de bejaarde man (hij was gepensioneerd): “Hij dwong mij toen een man die wegliep achterna te gaan. Even later moest ik weer onder bedreiging blijven staan een aangezien wij bang waren, gingen wij in de richting van het posthuis, om daar hulp te vinden.” Met het posthuis bedoelde de man het politieposthuis op het Dapperplein.
Opvallend genoeg liep de militair mee en vervolgens liep hij ook mee naar binnen.
In het politieposthuis bevonden zich op dat moment een brigadier en twee agenten van politie. Eenmaal binnen in het politieposthuis begon de Duitse militair opnieuw te dreigen met zijn dienstwapen. Het was de aanwezige politiebeambten al snel duidelijk dat de militair onder invloed was van alcoholische dranken.
De brigadier van politie besefte dat een voorzichtige aanpak de beste aanpak zou zijn.
Lees voor de afloop van het verhaal: Politieposthuis Dapperplein