In 1947 verhuisden wij naar de President Brandtstraat 36 huis, ik was toen zes jaar oud. Het huis was van binnen helemaal opgeknapt, maar achter ons huis stonden de woningen van de Tugelaweg nog als geraamtes, want al het hout was er uit gesloopt in de oorlog.Van uit ons huis konden we dus rechtstreeks uitkijken op de spoordijk,
De tuin was echter een ander verhaal, die was totaal overgroeid.
Mijn grootvader kwam helpen om de tuin op te ruimen en tussen al het puin vonden wij een houten locomotief en een wagentje. Ik heb daar nog jaren mee gespeeld.
Pas veel later kwam de vraag bij me op van wie dat speelgoed had kunnen zijn en gezien de geschiedenis van de buurt ben ik gaan zoeken in het Joods archief. Ik heb achterhaald dat er voorheen een Joodse familie woonde met twee zonen, de familie van Bever.
Zij zijn tijdens een Duitse razzia opgepakt en afgevoerd.
De vader was Israël van Bever, leeftijd 39 jaar, overleden 30 april 1943 in Auschwitz, de moeder Heintje van Bever - Vischjager, leeftijd 40 jaar, overleden 1 februari 1943 in Auschwitz.
De zonen waren Hartog van Bever, leeftijd 14 jaar, overleden 1 februari 1943 in Auschwitz en David van Bever, leeftijd 11 jaar, overleden 1 februari 1943 in Auschwitz.
Rust in Vrede.