Tugelaweg 65 I – Het gezin van Henrie Schnitseler (19)

Rozette, geboren op 27 juli 1891, is gehuwd met Meijer Wallega (geboren op 28 september 1889) in Weesp op 4 december 1912.

Meijer werkte als schoenmaker. Meijer was geboren in Hoorn en kwam in 1891 met zijn vader naar Amsterdam. Vader Isaac werkte als slachter. Het gezin bestond toen uit de ouders en vier kinderen. Als Meijer 19 jaar oud is wordt hij gekeurd voor de militie. Met zijn lengte van 1 meter en 540 mm was hij te klein en werd hij ‘vrijgesteld’. 

Drie generaties markthandelaren

Hoewel ik zijn vader hiervoor slager (of: slachter) noemde heeft hij ook met handel op het Waterlooplein gestaan, met schoenen. Ook zijn zoon zou op de markt terechtkomen, maar dan wel pas in de bezettingsjaren en nog wel op de Joodse markt in de Joubertstraat. Op deze markt verkocht hij scheermesjes. Ook zijn zoon Henri komt op de Joodse markt terecht.

Maar (klein)zoon Henri had een langere geschiedenis als marktkoopman, want voordien stond hij de Dappermarkt met dameshoeden. Op de Joubertstraat staat hij met een mogelijk iets uitgebreider assortiment: damesgoederen! Na hun huwelijk in het jaar 1912 heeft het gezin altijd in de Transvaalbuurt gewoond. Aanvankelijk op de Transvaalkade en het Transvaalplein, later in de Retiefstraat om uiteindelijk in 1939 te verhuizen naar de Christiaan de Wetstraat 70 I. Samen kregen zij drie kinderen.

Izaäk

de oudste zoon wordt op 21 augustus 1913 geboren. In mei 1932 wordt hij gekeurd voor de militie, maar vanwege zijn te geringe lengte van 1 meter en 54 cm afgewezen. Hij werkte toen al als kantoorbediende op een handelskantoor op de afdeling Boekhouding en handelscorrespondentie. Hij had een diploma MULO gehaald met de aantekening ‘differentiatie A’ (d.w.z. zonder bepaalde extra exacte vakken in het examenjaar).

Hij trouwt op 7 februari 1940 met Sientje Hakker (geboren op 14 juni 1917). Zowel hun verloving als de ondertrouw worden in de kranten aangekondigd. Het huwelijk in de Watergraafsmeer niet, niet apart althans maar in het familiebericht van de ondertrouw.

Het burgerlijk huwelijk was in de Watergraafsmeer (gegevens Burg. Stad in het Alg. Handelsblad), maar de kerkelijke (Joodse) inzegening in de Rapenburgerstraat. Zij gaan wonen aan het Afrikanerplein nummer 13 II. Sientje gaat op 10 maart 1943 naar kamp Vught, zij werkt daar tijdelijk als stikster om op 2 juli daaropvolgend naar kamp Westerbork te worden getransporteerd. Izaäk heeft dezelfde korte tijd in Kamp Vught doorgebracht. Hij krijgt de aantekening da hij ziek zou zijn geweest. Beiden gaan op 6 juli 1943 op transport om drie dagen later op 9 juli 1943 in Sobibor te worden vermoord.

NAAR: VERHAAL 1

OF NAAR: VERHAAL 20