De Kolenboer herinnerd door een tekening van omstreeks 70 jaar geleden

Betondorp
kolenboer, tekening van Erny Sieswerda

kolenboer, tekening van Erny Sieswerda

Dit is een tekening, die ik, toen nog Erny Sieswerda, meer dan 70 jaar geleden op obs De Watergraafsmeerschool, toen nog de Lagere School genoemd, in Amsterdam Oost maakte met als opdracht, ik denk: sfeer en gezelligheid in de wintermaanden. Ik verwonderde me over de preciesheid waarmee ik als 10-11 jarige de dingen uit mijn omgeving optekende. Mijn moeder vond het klaarblijkelijk ook zo de moeite waard, dat ze al mijn tekeningen in een map stopte, die ik pas na haar overlijden ontdekte.

Warmte en gezelligheid Mijn tekening schetst de werkelijkheid van de jaren vijftig van de vorige eeuw, toen we nog op één plek in huis, de woonkamer, een kachel stookten en dan zaten we gezellig te turen naar de vlammetjes in de mica ruitjes van de haard. (TV was er nog niet, alleen distributie-radio). Sinds die tijd is er veel veranderd. We hoeven nu alleen maar de verwarming een graadje hoger te zetten en van de kolenboer heeft de jeugd van vandaag nog nooit gehoord.

In mei begonnen de klanten vaak al zegels te sparen om straks in de herfst antraciet voor de haard te kunnen kopen. Vaak werden die ook nog met paard en wagen vervoerd. De kolenman had geluk als de klant, zoals bij ons, een kolenkist in de tuin had. Maar in de stad met huizen die meerdere verdiepingen telden, moesten de zakken van een half mud naar de zolder worden gesjouwd: soms wel 5 trappen hoog! Een mud kolen was waarschijnlijk 35 kg, maar dat heb ik nergens op internet kunnen checken. Wel dat aardappels per mud gingen en dat een mud 70 kg was. Antraciet was er in drie kwaliteiten naar grootte: grof, middel en fijn. De fijnste antraciet was het goedkoopst. Ook cokes, kolen die door de kolencentrales al voor gaswinning afgewerkt waren, werden gestookt. Die waren goedkoper maar brandden korter. Dan had je nog de eierkolen, ter grootte van een tafeltennisbal, waar teer in zat verwerkt, maar ook best brandde. Op school werd voor de verwarming van de lokalen nog lang turf gebruikt door de grote buikige kachels, die achter een traliehek stonden.

De kolenmannen waren aan het eind van de werkdag door het kolenstof natuurlijk zo zwart als wat door het stof dat door de jute zakken stoof. Witte mannen, die slavenarbeid verrichtten. En iedereen had toen nog echte kaarsjes in de kerstboom...

Reacties In werkelijkheid was de open haard die op de tekening met de kolensjouwers staat, niet aanwezig in het huis, waar ik woonde. Er stond wel een gezellige rondbuikige zwarte haard met de micaruitjes, die -als er flink werd gestookt- rood verkleurden. De haard, vond ik, compleet met de spiegel, de klok, de vazen ter weerszijden en met het haardkleedje, terug op een andere tekening. Als ik soms de tekening aan anderen laat zien krijg ik onmiddellijke reacties over het hoe het hun verging, vroeger.: “Wat een leuke tekening, zo goed getroffen en wat leuk die kolensjouwers allemaal met kniestukken. Die broeken verstellen heb ik vroeger ook moeten doen Ik ken die tijd ook nog goed! En wat was ik trots, als kleine jongen, als ik een kit met kolen uit het schuurtje mocht halen voor mijn vader!” of van iemand die op een boerderij woonde: “De herinneringen aan het

kolentijdperk, zijn voor mij ook niet vreemd. Ik mocht vroeger vanuit een voorraad kolen, in een koude dors, de kolenkit vullen.”

Maar ook vertelde iemand, dat de kolenman op de Middenweg gevestigd was, tegenover Frankendael achter het benzine station. Firma van de Meij, had eerst een paard en wagen, later een vrachtauto. Volgens mij spaarden onze ouders het hele jaar coupons bij die firma om zo de winter door te komen. Het was steeds een vraag of ze wel genoeg van die bonnen gespaard hadden.” Nog meer reacties??? De kolenboer leefde blijkbaar nog zeer goed in de herinnering van velen: “Mijn vader heeft vroeger ook als kolenboer, gewerkt; hij deed dat naast zijn boer-zijn als bijbaantje, dus ik herken wel veel in dit verhaal”. Een zoon van een koster reageerde als volgt: “Door de kolenkit op jouw tekening, herinner ik mij, het antraciet halen, op de l.o. leeftijd: Een tocht in `t duister naar kerk en toren Vooral de houding van de kolensjouwers, mooi in balans getekend. En grappig in de maat lopend. We haalden de kolen met een knijpkat in de toren van de kerk. De één lichtte bij met de knijpkat en de ander schepte met de kit. Dat mocht eigenlijk niet, omdat deze dan eerder versleten zou zijn. Maar 't ging wel sneller......” Of: ”Bij ons lagen de kolen ook op zolder, eerst in jutezakken, later in papieren zakjes die zo in de speciale kolenkit pasten, antraciet nootjes, nr. 5. Onze kolenleverancier was Mons, met de slogan "Koud en guur, Mons in het vuur". En als laatste de herinnering van iemand, die in de voormalige DDR woonde: ”Bij mij is het nog niet zo lang geleden, dat wij kolen nog zelfs door het kleine kelder venster naar binnen moesten schuiven. En veel dat het was! Cokes was wel begeerd, maar dat kreeg je alleen als je goede relaties had… Die warmte hield namelijk lang aan. En de kolen moesten wij zelf naar boven tillen. Op gegeven moment was het trappen lopen met 2 emmers kolen onze sportieve uitdaging om in de zomer met de rugzak de bergen in te kunnen gaan.”

Zo heeft iedereen zijn eigen gedachten aan oude tijden. En nu, anno 2022/23: hoe zullen wij deze winter doorbrengen?

Alle rechten voorbehouden

150 keer bekeken

Bekijk meer afbeeldingen

haardkleiner

haardkleiner

uitsnede

uitsnede

Geen reacties

Voeg je reactie toe