In een vorig verhaal vertelde ik over het bezoek van mijn oom David op het onderduikadres. Maar waarom kwam hij eigenlijk naar Amsterdam?
Waarom mijn oom naar Amsterdam kwam.
Het was de bedoeling van de Duitsers om de van de joden gestolen ruwe diamant in Westerbork door gevangenen te laten slijpen. Een plan dat nooit uitgevoerd kon worden (Iedere week ging er een trein naar Auschwitz waarin ook diamantslijpers zaten). Voor de oorlog was oom David directeur (later eigenaar) geweest van de diamantslijperij van Hakker. Hij bracht me niet alleen de groeten van mijn ouders, maar ook het tafelzilver en de trouwring van mijn moeder: de allerlaatste bezittingen die ze hadden meegenomen. Mijn oom zei dat mijn vader het verstandig zou vinden als ik ook maar naar Westerbork kwam.
Ik beloofde dat ik er over zou nadenken. David ging terug naar Westerbork, in de veronderstelling dat hij tot het eind van de oorlog in Westerbork zou kunnen blijven. Kort na zijn terugkeer werd hij echter naar Polen gestuurd en overleed daar zoals miljoenen mensen daar zijn overleden, in een gaskamer...
Het gezin van mijn oom David.
Mijn oom David was getrouwd en had drie kinderen. Hij was getrouwd met Debora Vischschoonmaker. Hij was zelfs twee keer met haar getrouwd. In 1934 was hij van haar gescheiden, in augustus 1942 was hij opnieuw met haar getrouwd. Zij hadden drie kinderen; Ruben, Abraham en Salomon. Van Ruben en Abraham zijn hieronder de ledenkaarten van de ANDB met alle gegevens afgebeeld. Van dit gezin heeft alleen Debora de oorlog overleefd. Geheel en al ten onrechte staat op de website van de Community Joods Monument dat Ruben de oorlog zou hebben overleefd, volgens zijn archiefkaart is hij overleden op 3 november 1943. Inmiddels is deze fout gelukkig gecorrigeerd.
David en zijn zoon Salomon zijn uiteindelijk in Bergen-Belsen terechtgekomen en daar overleden (vermoord!). Salomon op 7 mei 1945 en David op 31 mei 1945!
Zie voor meer informatie de foto’s bij dit verhaal!