Mijn herinneringen als heel klein jochie, misschien drie of vier jaren oud, behelzen onder andere de crisistijd in het midden van de dertiger jaren. Als Pa zonder werk was, moest hij zich toen dagelijks melden bij een ‘stempelbureau’ in de binnenstad. Voorzien van die stempel kreeg hij een werklozenuitkering en een gratis belastingplaatje met ponsgaatje erin voor de fiets. Al heel jong mocht ik ’s zondags met mijn vader mee naar de Funenkerk, terwijl moeder de jongere kinderen verzorgde. De kerk is geruime tijd geleden gesloopt en er staat nu een appartementencomplex op dat terrein, gelegen tegenover de molen ‘De Gooijer’ aan de Funenkade.
Toen ik vier jaar werd, mocht ik naar de kleuterschool, toen bekend als de fröbelschool (de eerste twee klassen) aan de Kramatweg. Aanvankelijk bracht Ma mij naar de Kramatweg, maar al na korte tijd mocht ik met een paar buurjongens meelopen. Toen ik zes jaar werd, moest ik naar de ‘grote school’ (de basisschool) op de Celebesstraat. Die pret duurde maar twee maanden. Het schooljaar aldaar liep van april tot april en in mei 1939 verhuisde ons gezin naar de Krugerstraat, in de Transvaalbuurt. Ik moest dus terug naar de fröbelschool, nu de Trifosa school in de Wakkerstraat (Watergraafsmeer). Het schooljaar liep daar van september tot september en ik moest dus een paar maanden wachten voor ik opnieuw de grote school mocht bezoeken. In september 1939 was het dan zover: ik mocht naar de School met de Bijbel, de Koningin Wilhelminaschool in de Cornelis Drebbelstraat. Daar moesten we wekelijks 16 centen contant aan schoolgeld meebrengen! Het hoofd van deze school was meester Van Vliet, die om wat voor reden dan ook meester Kippie werd genoemd. Met andere klasgenoten kregen ik in klas 6A les van de hoofdonderwijzer.
Van fröbelschool naar grote school
Aanvankelijk bracht Ma mij naar de fröbelschool, maar al na korte tijd mocht ik met een paar buurjongens meelopen.
3066 keer bekeken