Tegenwoordig is in het voormalig hoofdkantoor van de Amstel brouwerij aan de Mauritskade het Amsterdam Fashion Institute (AMFI) gevestigd. Waar voorheen uitbreidingsplannen werden besproken vullen nu naaimachines en rollen stof de ruimtes.
De Amstelbrouwerij werd in 1870 opgericht door Charles de Pesters en Johannes van Marwijk Kooy. Het bier viel in de smaak en de brouwerij werd een succes. Aanvankelijk werd het meeste bier verkocht in Amsterdam zelf, maar vanaf 1883 werd het bier ook geëxporteerd naar onder meer Engeland en Nederlands-Indië.
In 1968 werd Amstel overgenomen door Heineken. In 1982 verhuisde de brouwerij naar Zoeterwoude.
Roel van Duijn werkte in 1965 bij de Amstel.
"Ik was een anarchist, op de middelbare school organiseerde ik de eerste "Ban de Bom" demonstratie. In Amsterdam studeerde ik kunstgeschiedenis. Naast mijn studie was ik lid van de redactie van het blad 'de Vrije' maar in mijn ogen waren zij ouderwets. Ik wilde graag een nieuw tijdschrift oprichten om het anarchisme onder de jongeren te brengen, maar ik had geld nodig om een typemachine te kopen. Bij de studentenvereniging hing een briefje waarin studenten werden gezocht om twee weken bij de Amstel brouwerij in Oost te werken voor een salaris van 250 euro. Het was mijn eerste en enige baan. Aan de lopende band draaide ik de doppen op flessen Provit. Naast bier maakte de Amstel brouwerij namelijk ook een medicinale drank. Ik was benieuwd hoe het met de arbeidersklasse gesteld was... In mijn gedachtegoed ging ik er vanuit dat de revolutie vanuit de arbeiders zou ontstaan. Ik vroeg aan mijn collega's hoe zou ze het zouden vinden om geld te krijgen en thuis te blijven om zich voor te bereiden op de bevrijding van de arbeiders. Mijn collega's keken mij aan of ik gek was. Zij waren tevreden met hun werk en hun gezinsleven en hadden geen belangstelling voor de revolutie. Mijn ervaring bij de Amstel brouwerij bracht mij het besef dat de revolutie moest komen van opstandige jongeren die niet vast zaten aan het systeem.
Aan de Amstel brouwerij heb ik veel te danken: een helder inzicht hoe de maatschappij in elkaar zat. Op mijn nieuwe typemachine schreef ik het eerste Provotijdschrift met een oplage van driehonderd stuks". De rest is geschiedenis.