Nederlandse les in Post Oost.
Na de zomervakantie geef ik aan een select clubje buitenlanders les in het Nederlands en ván het Nederlands. Sommigen ken ik al van vóór de zomer, en nu zitten er een paar nieuwe dames bij. De Oost Turkistaanse X. weigert principieel haar moederland te benoemen als de Chinese provincie Sichuan. Zij spreekt af en toe Mandarijn met de twee andere Chinese vrouwen. Van wie de één een achterkleinkind van vluchtelingen uit de Chinese Volksrepubliek naar Taiwan is. De ander komt uit een economische vrijstaat aan de zuid oost kust van China. Ik weet niet hoe lang deze Y. al in Amsterdam woont, maar ze kan uitstekend en helder iets samenvatten.
De Poolse balletdanser woont al zeker een jaar of twintig in Amsterdam en omgeving. Z. weet feilloos de jaartallen en de bijbehorende adressen, waar hij in de loop der tijd heeft gewoond, te noemen. Tot mijn schrik antwoordde hij op mijn vraag met welke tram hij vandaag naar Post Oost was gekomen: “eeeh…één negen” , hij tekende het getal zelfs voor zich in de lucht. Voor straf moest hij van mij meteen vanaf tien tot twintig hard op tellen. Toen ik later in de les aan de Turkistaanse, pardon de West( of toch Oost?) Turkistaanse, vertelde dat ik haar na 15 jaar cursus Mandarijn nog steeds niet netjes kon vragen een beker thee voor me mee te nemen, sprong Z. er meteen op in: “Zie je nou wel , jij kan ook niet na zoveel jaar effe snel Chinees praten”. Waarop ik ad rem: ” maar ik weet wel wat ‘tram 19’ in het Chinees is”. “Wrijf het me maar nog eens in! Slecht voor mijn ego”, waarop ik hem lachend een hug gaf.
Y. het snuggere Chinese meisje moest vreselijk gniffelen. Ze had al eens met een zeer ironische uitdrukking op het gezicht naar Y.’s uiteenzetting over de aard van de Nederlandse man geluisterd. Z. kent het ware karakter van de Nederlandse man: we moesten maar eens een echte Hollander de hand schudden. Z. steekt zijn rechterhand uit en de Chinese Y. schudt hem de hand, onmiddellijk draait hij haar hand horizontaal. Dít is wat mannen hier doen alsof ze een contract afsluiten. Dat had met vroeger te maken, toen Nederland zijn naam als handelsnatie vestigde. Ik probeerde het extra uit te leggen aan de hand van “ handjeklap” op de veemarkt. Een folkloristisch gebruik tot in de zestiger jaren van de vorige eeuw. De balletdanser begreep het niet en wilde zich ook niet echt bij mijn verklaring neerleggen. Dus toen hij voor een tweede keer het nationale karakter van de Nederlandse man uitlegde, zei ik maar dat dát precies de manier was waarop mijn schoonvader ooit de handen schudde. Weliswaar was hij een Tukker, hij draait zich in zijn graf om bij het idee als ‘ echte Hollander’ te boek te staan, maar hij was wel veehandelaar.
Wie zei dat ook weer? Als je een taal leert dan leer je tegelijkertijd van de cultuur. Je kan je vast voorstellen waarom er iedere les vrolijk gelach klinkt. Zoveel culturele misverstanden…….