“ Ik ben opgegroeid in de Majubastraat 12. Samen met mijn 3 jaar oudere broer en mijn ouders woonden we in het benedenhuis, ik herinner me de lange gang waar ik voetbalde en de twee slaapkamertjes. Mijn broer moest door mijn kamer heen om op zijn eigen kamer te komen. Een van onze buren was een man die in de oorlog van zijn boerderij in Diemen was afgebombardeerd, hij hield een geit in zijn tuin en wij hadden veel last van de vliegen die op de mest afkwamen. Op 3 hoog woonde een jongen die bij het Leger des Heils zat en daar trompet speelde. We konden het goed horen als hij op zijn instrument oefende en dat was geen feest voor het oor !
Hoewel mijn ouders niet katholiek waren ging ik toch naar een katholieke kleuterschool , vanaf de Transvaalbuurt liep een non met een heel groepje kinderen naar de Linneausparkweg. Later ging ik naar de President Krügerschool in de Laings Nekstraat, ik heb daar een leuke tijd gehad. Mijnheer Hunzje was de hoofdonderwijzer en hij was een van de eerste mensen met een auto, net als juffrouw Querido die daar ook werkte. Als kind ben ik een keer met mijn been op een punt van een hek gevallen, waardoor ik een tijd niet kon lopen. Zij haalden en brachten me om de beurt naar school in die periode. Later heeft juffrouw Querido zelfmoord gepleegd, ik weet niet waarom, maar wel dat het diepe indruk op me maakte.
Mijn moeder was naaister en kon heel goed vertellen, kort na de oorlog is zij begonnen om Sinterklaas te spelen. Met de armoeiige spullen die je toen had verkleedde ze zich zo goed en zo kwaad als het ging en mijn vader en broer vormden samen het paard. Later heeft ze nog op heel veel scholen voor Sinterklaas gespeeld, zij had veel liefde voor het toneel en trad op met een amateurgroep.
Mijn ouders waren fervente kampeerders, bijna ieder weekend trokken wij met de fiets erop uit naar het terrein van de kampeervereniging. Die liefde hebben ze op mij overgebracht, ik kampeer nog altijd geregeld. Hoewel ik bijna nooit boodschappen hoefde te doen herinner ik me winkels als drogisterij van Gelder in de Smitsstraat, melkboer Veldhuizen in de Majubastraat en radiowinkel Bot op de hoek van de Oosterparkstraat en de Populierenweg. Mijn vader kocht ieder jaar in de Hema een zakhorloge voor 1 gulden, dat ging precies een jaar mee.
Toen mijn oma bij ons kwam in wonen zijn we in 1955 verhuisd naar de Gijsbrecht van Amstelstraat 27, waar we een groot huis hadden. Op iedere kamer zat een slot, in de oorlog hadden daar Joodse meisjes verborgen gezeten.
Aan de oorlog heb ik diverse herinneringen, ik was erg geschokt toen een bom viel in een huis op de hoek van het Krügerplein, een meisje dat er lag te slapen was op slag dood. Razzia’s in de Retiefstraat en de Oosterparkstraat zie ik nog voor me...Mijn opa die in Haarlem woonde overleed in de oorlog, mijn vader heeft toen in het donker stiekem zijn lijk in een bakfiets vervoerd naar Amsterdam. Dat mocht niet, maar de familie had een graf op de Oosterbegraafplaats, dus deed mijn vader het toch. Hij wist goed de weg in het donker.
